Installation User guide

21
NL
10.10 Looptest
Voor de looptestfunctie moet de uitgang OP3
overeenkomstig geprogrammeerd zijn (functie 83, optie
5). Activeert de gebruiker de looptestfunctie, dan wordt de
LED voor het herkennen van een beweging op de melder
geactiveerd.
10.11 Melder-alarmgeheugen
Voor de looptestfunctie bij bijv. bewegingsmelders moet
de uitgang OP3 overeenkomstig geprogrammeerd zijn
(functie 83, optie 3). De melder die als eerste in een lijn
geactiveerd is, kan dit opslaan en signaleren.