Operation Manual

Winterkamperen
17
98 Adria Vans
Bij de winterstand dient u het volgende in acht te nemen:
Beluchtings- en ontluchtingsopeningen mogen niet door sneeuw of sneeuwmuren wor-
den bedekt. Ook onder het voertuig de sneeuw verwijderen, zodat de verwarming vol-
doende frisse lucht krijgt.
Dak en luifel (speciaal toebehoren) of voortent (speciaal toebehoren) regelmatig van
sneeuw en ijs ontdoen (hoofdstuk 2.8).
Verwarmingspijp altijd vrij houden. Eventueel schoorsteenverlengstuk (speciaal toebe-
horen) aanbrengen.
Voor goede be- en ontluchting (luchtcirculatie) en verwarming zorgen. Kunstmatige ven-
tilatieopeningen altijd open houden.
Voortent als windvanger en opbergruimte voor vochtige voorwerpen b.v. ski-uitrusting
gebruiken.
Bij het opwarmen van het voertuig altijd kastdeuren, kleppen en opbergkasten openen
om condensvorming te voorkomen.
Mocht zich condenswater vormen, wegvegen.
Zitkussens dagelijks luchten en drogen.
Bij het koken ramen en dakluiken openen.
Indien mogelijk geen elektrische apparaten gebruiken die veel stroom verbruiken. De
stroomcapaciteit op campings is beperkt.
Erop letten dat de afvoerpijp voor het afvalwater niet dichtvriest (hoofdstuk 12.3).