Operation Manual

De sokkel van vrijstaande apparaten is niet verstelbaar.
Waterpas installatie
Een machine die goed waterpas staat is essentieel voor een goede sluiting en afdichting
van de deur. Als het apparaat goed waterpas staat, raakt de deur aan geen van de kanten
de behuizing. Als de deur niet goed sluit, draai dan de stelvoetjes in of uit totdat de machine
perfect waterpas staat.
Aansluiting aan de waterleiding
Wateraansluitingen
Aansluiting op een koudwaterkraan wordt aanbevolen. Als de aansluiting wordt gemaakt
op een heetwaterkraan, dan mag de temperatuur van het water niet hoger zijn dan 60\xC2
\xB0C. Het gebruik van warm water is niet altijd efficiƫnt bij sterk vervuild serviesgoed
omdat het afwasprogramma in dat geval sterk wordt verkort.
Voor het tot stand brengen van de aansluiting zelf is de wartelmoer die aan de waterslang
van de machine is bevestigd, geschikt voor montage op een leidinguiteinde van 3/4" gas-
draad of op een speciale kraan met snelkoppeling zoals de Press-block.
De waterdruk moet zich binnen de grenzen bevinden zoals vermeld in de "Technische spe-
cificaties". Uw waterleidingbedrijf kan u informeren over de gemiddelde leidingwaterdruk
in uw omgeving.
De watertoevoerslang mag tijdens het aansluiten niet zijn geknikt, worden platgedrukt of
in de knoop zitten.
De afwasmachine is voorzien van een vul- en afvoerslang die afhankelijk van de installatie
door middel van de sluitmoer naar links of naar rechts kunnen worden gedraaid.
De sluitmoer moet goed worden bevestigd om waterlekkage te voorkomen.
(Let op! NIET alle modellen afwasmachines hebben vul- en afvoerslangen die zijn uitgerust
met een sluitmoer. In dat geval is de genoemde voorziening niet mogelijk). Als de machine
wordt aangesloten op nieuwe leidingen of op leidingen die lang niet zijn gebruikt, dient u
het water enkele minuten te laten doorlopen alvorens de toevoerslang aan te sluiten.
Gebruik GEEN aansluitslangen die eerder voor een oude machine zijn gebruikt.
Dit apparaat is uitgerust met veiligheidsvoorzieningen die voorkomen dat het in de machine
gebruikte water terugkeert in het drinkwatersysteem. Dit apparaat voldoet aan de van
toepassing zijnde regelgeving voor loodgieterswerk.
Aansluiting waterafvoerslang
Het uiteinde van de afvoerslang kan op de volgende manieren worden aangesloten:
1. Aan de gootsteenafvoer, met bevestiging tegen de onderkant van het werkoppervlak.
Hiermee wordt voorkomen dat gootsteenwater de machine inloopt.
2. Aan een standpijp voorzien van een ventilatieopening, minimale binnendiameter 4 cm.
26
Aansluiting aan de waterleiding