User manual

Verwarmingsfunctie Applicatie
Conventionele functie
(Boven + Onderwarm-
te)
Voor het bakken en braden op een ovenni-
veau.
Bevroren gerechten Voor kant-en-klaar gerechten zoals patat,
aardappelkroketten of loempia's.
Circulatiegrill Voor het braden van grotere stukken vlees
of gevogelte met botten op 1 niveau. Ook
om te gratineren en te bruinen.
Grill intens Voor het grillen van platte gerechten in
grote hoeveelheden. Pour faire griller du
pain.
Grill Om vlak voedsel te grillen en te toasten.
Warmhouden Om eten warm te houden.
Ontdooien Voor het ontdooien van diepvriesvoedsel.
Onderwarmte Voor het bakken van cakes met een knap-
perige bodem.
Deeg laten rijzen Om het deeg te laten rijzen voor het bak-
ken.
Brood bakken Om brood te bakken.
Gratineren Voor het bereiden van gerechten als lasag-
ne of aardappelgratin. Ook voor een bruin
korstje.
Inmaken Voor de inmaak van groenten zoals augur-
ken.
Drogen Voor het drogen van gesneden fruit zoals
appels, pruimen of perziken en groenten,
zoals tomaten, courgette of champignons.
Borden warmen Om een bord voor het serveren op te war-
men.
ECO Braden Dankzij ECO-functies kunt u het energie-
verbruik tijdens het koken optimaliseren.
Het is daarom nodig om de kooktijd eerst
in te stellen. Voor meer informatie over de
aanbevolen instellingen, raadpleegt u de
kooktabellen voor de bijbehorende ver-
warmingsfunctie.
NEDERLANDS 13