User manual

Het juiste afdichtmiddel moet worden gebruikt om de opening tussen het apparaat en
het werkblad af te dichten.
Bescherm de onderkant van het apparaat tegen stoom en vocht, bv. van een afwasauto-
maat of oven.
Installeer het apparaat niet naast deuren of onder ramen. Anders kan het hete kookgerei
van de kookplaat worden gestoten, als de deuren of ramen worden geopend.
Controleer voor de installatie of de lokale toevoercondities (gastype -en druk) overeen-
stemmen met de afstelling van het apparaat. De afstellingscondities voor het apparaat
zijn aangegeven op het typeplaatje, dat zich naast de gastoevoerleiding bevindt.
Dit apparaat mag niet aangesloten worden op een afvoerinrichting voor verbrandings-
producten. Het moet in plaats daarvan worden geïnstalleerd en aangesloten volgens de
actuele installatieregels. Bijzondere aandacht moet gegeven worden aan de geldende re-
gels betreffende ventilatie.
Het gebruik van een kooktoestel op gas veroorzaakt warmte en vocht in de ruimte
waar het geïnstalleerd is. Zorg dat de ventilatie in de keuken goed is: houd de na-
tuurlijke ventilatiegaten open of installeer een mechanische ventilatie-inrichting
(mechanische afzuigkap).
Meer ventilatie (bijvoorbeeld door het openen van een venster of het verhogen van
het niveau van de mechanische ventilatie, indien aanwezig) is noodzakelijk wanneer
u het apparaat gedurende een lange periode intensief gebruikt.
Volg de instructies voor de elektrische aansluitingen nauwkeurig op. Er kunnen verwon-
dingen ontstaan door elektrische stroom.
Trek eerst de stekker van het apparaat uit het stopcontact voordat u reinigings- of
onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat gaat uitvoeren.
De netaansluiting staat onder stroom
Schakel de stroomtoevoer naar de netaansluiting uit.
Garandeer de bescherming tegen aanraking door een vakkundige inbouw
Loszittende en onvakkundig aangebrachte stekkerverbindingen kunnen oververhitting
van de aansluiting veroorzaken.
Laat de klemaansluitingen correct installeren door een gekwalificeerde elektricien
Zorg ervoor dat het snoer niet wordt belast door trekken
Gebruik de juiste voedingskabel en vervang de beschadigde voedingskabel door de ge-
schikte kabel. Neem contact op met uw lokale serviceafdeling.
Het apparaat moet met een poolschakelaar op een elektrisch circuit zijn aangesloten,
met een contactopening van minstens 3 mm, zodat het apparaat te allen tijde uitgescha-
keld kan worden.
Als de bevestigingssteun zich in de buurt van het aansluitblok bevindt, controleer dan
altijd of de aansluitkabel niet in aanraking komt met de rand van de steun.
U dient te beschikken over de juiste isolatievoorzieningen: stroomonderbrekers, zekerin-
gen (schroefzekeringen moeten uit de houder worden verwijderd), aardlekstrips en con-
tacten.
Verwijdering van het apparaat.
Om lichamelijk letsel of schade te voorkomen
6 Veiligheidsinformatie