Operation Manual

9-NL
Zenders manueel instellen
1
Selecteer de frequentieband en stem af op een
radiozender die u wenst op te slaan in het
preselectiegeheugen.
2
Houd gedurende minstens twee seconden een van
de preselectieknoppen (1 tot 6) ingedrukt om de
zender op te slaan.
De geselecteerde zender wordt opgeslagen.
Het scherm geeft de opgeslagen frequentieband weer, het
preselectienummer en de zenderfrequentie.
In het totaal kunnen 30 zenders worden opgeslagen in het
preselectiegeheugen (zes zenders per frequentieband: FM1, FM2,
FM3, MW en LW).
Wanneer u een zender opslaat in een preselectiegeheugen dat reeds
een zender bevat, zal de huidige zender worden gewist en vervangen
door de nieuwe zender.
Indien de -indicator verlicht is, schakel dan de indicator uit
door op FUNC./SETUP te drukken, waarna u de handeling kunt
uitvoeren.
Zenders automatisch instellen
1
Druk herhaaldelijk op BAND/TA tot de gewenste
frequentieband wordt weergegeven.
2
Houd TUNE/A.ME gedurende minstens 2 seconden
ingedrukt.
De frequentie op het scherm blijft veranderen zolang het
automatische geheugen in werking is. De tuner zal
automatisch 6 sterke zenders binnen de geselecteerde
frequentieband zoeken en opslaan. Ze worden opgeslagen
onder de preselectieknoppen 1 tot 6 in volgorde van hun
signaalsterkte.
Wanneer het automatische geheugen is voltooid, schakelt
de tuner over naar de zender die werd opgeslagen onder
preselectie 1.
Wanneer geen zenders worden opgeslagen, zal de tuner terugkeren
naar de zender waarnaar u aan het luisteren was voor de
automatische geheugenprocedure begon.
Afstemmen op vooraf ingestelde zenders
1
Druk herhaaldelijk op BAND/TA tot de gewenste
frequentieband wordt weergegeven.
2
Druk op de preselectieknop (1 tot 6) waaronder
de gewenste radiozender is opgeslagen.
Het scherm geeft de geselecteerde frequentieband weer,
het preselectienummer en de zenderfrequentie.
Indien de -indicator verlicht is, schakel dan de indicator uit
door op FUNC./SETUP te drukken, waarna u de handeling kunt
uitvoeren.
* De afbeelding geldt voor CDE-104BTi.
De RDS-ontvangstmodus instellen en
RDS-zenders ontvangen
RDS (Radio Data System) is een radio-informatiesysteem dat gebruik
maakt van de 57 kHz hulpdraaggolf van normale FM-uitzendingen.
RDS zorgt ervoor dat u een waaier aan informatie ontvangt zoals
verkeersinformatie en zendernamen, en schakelt automatisch over naar
een sterkere zender die hetzelfde programma uitzendt.
1
Druk op FUNC./SETUP zodat de -indicator
oplicht.
2
Druk op 1 /AF om de RDS-modus te activeren.
3
Druk op of om af te stemmen op de
gewenste RDS-zender.
4
Druk op 1 /AF om de RDS-modus te deactiveren.
5
Druk op FUNC./SETUP om de normale modus te
activeren.
De -indicator dooft uit.
Bedien het toestel terwijl de -indicator oplicht. Wanneer
gedurende 10 seconden geen handeling wordt uitgevoerd, dooft de
-indicator.
De digitale RDS-gegevens bevatten de volgende informatie:
PI Programme Identification (programma-
identificatie)
PS Programme Service Name (programmanaam)
AF List of Alternative Frequencies (lijst met
alternatieve frequenties)
TP Traffic Programme (verkeersprogramma)
TA Traffic Announcement (verkeersaankondiging)
EON Enhanced Other Networks (versterkte andere
netwerken)
RDS
BAND/TA
//ENT
VIEW
1/AF
FUNC./SETUP
/SOUND
Draaiknop