Operation Manual
Parkeren en manoeuvreren
Afbeelding 48 Schermweergave van de optische parkeerhulp
Lees eerst de informatie in de inleiding op pagina 72 en volg deze op.
Beeldbeschrijving
In-/uitschakelen van de akoestische parkeerhulp
Uitschakelen van het optische parkeersysteem
Aanwijzing: Rijweg controleren!
Weergave van de gekozen rijrichting overeenkomstig de stuurhoek
Een in de gekozen rijrichting zich tot nu toe buiten de gevarenzone bevin-
dend obstakel wordt door het gele segment weergegeven
Een zich in de gevarenzone bevindend obstakel wordt door het rode seg-
ment weergegeven Niet verder rijden!
Een zone waarin zich geen obstakel bevindt wordt als transparant segment
weergegeven.
Een zich in de gecontroleerde zone, maar buiten de gevarenzone bevindend
obstakel, wordt weergegeven door het witte segment.
›
Op de toets
CAR
→
→ Parkeren en manoeuvreren drukken.
■
Parkeerhulp- Instelling van de parkeerhulp
■
Automatische inschakeling - Activering/deactivering van de verkleinde weer-
gave van de parkeerhulp (bij vooruitrijden)
■
Volume voorin - Instelling van het volume van de sensoren voor
■
Toonhoogte voorin - Instelling van de toonhoogte van de sensoren voor
■
Volume achterin - Instelling van het volume van de sensoren achter
■
Toonhoogte achterin - Instelling van de toonhoogte van de sensoren achter
A
B
C
D
E
F
G
H
■
Audiovolume lager: - Volumeverlaging
■
Uit - Geen volumeverlaging
■
Laag - Geringe volumeverlaging
■
Middel - Gemiddelde volumeverlaging
■
Hoog - Sterke volumeverlaging
Let op
■
De verkleinde weergave van de parkeerhulp wordt ook automatisch weergeven
bij bijvoorbeeld stop-and-go verkeer in de file als de afstand tot het obstakel ge-
vaarlijk klein wordt.
■
De verkleinde weergave van de parkeerhulp kan naar een volledige weergave
worden omgeschakeld als het beeldscherm bij de weergave wordt aangetipt.
Licht
Lees eerst de informatie in de inleiding op pagina 72 en volg deze op.
›
Op de toets
CAR
→
→ Licht drukken.
■
Lichtassistent - Instelling van de lichtassistent
■
Dynamic Light Assist - In-/uitschakelen van de werking van de grootlichtas-
sistent
■
Inschakeltijd: - Instelling van de gevoeligheid van de lichtsensor t.o.v. de in-
tensiteit van het omgevingslicht
■
Vroeg - Hoge gevoeligheid
■
Middel - Gemiddelde gevoeligheid
■
Laat - Geringe gevoeligheid
■
Automatische rijverlichting (bij regen) - In-/uitschakelen van de automatische
rijverlichting bij regen
■
Dagrijverlichting - Activering/deactivering van de dagrijverlichting
■
Comfortknipperen - Activering/deactivering van het comfortknipperen
■
Reismodus: - Instelling van het toeristisch licht
■
Rechtsverkeer - Voor rechtsrijdend verkeer
■
Linksverkeer - Voor linksrijdend verkeer
■
Binnenverlichting - Instelling van de binnenverlichting
■
Instrumenten-/schakelaarverl. - Instelling van de helderheid van de instru-
menten-/schakelaarverlichting
■
Verlichting voetenruimte - Instelling van de helderheid van de verlichting van
de voetenruimte
76
Wagen