Operation Manual

34
Opstellen van de afwasautomaat
De afwasautomaat dient op een vaste vloer opgesteld te worden, sta-
biel en horizontaal te staan en in alle richtingen uitgelijnd te worden.
Om oneffenheden in de vloer te
compenseren en de apparaathoogte
t.o.v. andere meubels aan te passen,
kunnen de schroefvoeten met een
schroevendraaier worden uitge-
draaid.
Afvoerslang, toevoerslang en aan-
sluitsnoer moeten binnen de sokke-
luitsparing achter vrij beweeglijk
liggen opdat ze niet afgeklemd of
platgedrukt worden.
De afwasautomaat moet bovendien
aan het doorlopende keukenwerk-
blad of de aangrenzende meubels vastgeschroefd zijn. Deze maatre-
gel is absoluut noodzakelijk opdat de kiepveiligheid volgens VDE-
voorschrift gegarandeerd is.
Volledig integreerbare afwasautomaat
(zie bijgevoegd montagesjabloon)
3 De apparaatdeur kan van een houten plaat/meubelplaat in de volgende
afmetingen worden voorzien:
De meegeleverde montageplaat is bedoeld voor het eenvoudig monte-
ren en stabiel bevestigen van gedeelde meubelplaten.
Breedte: 591 mm – 594 mm
Dikte: 16 mm – 24 mm
Hoogte: max. 715 mm
Gewicht: max. 10 kg