Operation Manual

25
In deze vrieskast kunnen diepvriesprodukten
bewaard worden of verse levensmiddelen
ingevroren worden.
De vrieskast functioneert optimaal bij
omgevingstemperaturen tussen +16°C en +32°C.
Ingebruikneming van de vrieskast
De temperatuur van de vrieskast behoeft niet met
de thermostaat te worden ingesteld daar dit al in
de fabriek is gedaan
Steek de stekker in het stopcontact
Het geluidsalarm wordt geactiveerd, omdat de
temperatuur in het vriesvak nog niet laag genoeg
is om de levensmiddelen erin te kunnen zetten.
Plaats de levensmiddelen alleen in de vrieskast
als het alarm is gestopt. (zie voor nadere details
het bijgaande produktenschema).
Instelling van de temperatuur
Raadpleeg voor het instellen van de temperatuur het
bijgaande produktenschema.
Opmerking:
De omgevingstemperatuur, de frequentie waarmee de
deur geopend wordt en de positie van het apparaat
kunnen van invloed zijn op de temperatuur in het
vriesvak.
Bij het instellen van de stand van de thermostaat moet
met deze factoren rekening worden gehouden.
Het snelvriezen ìnschakelen
Op het typeplaatje van het apparaat vindt u de
hoeveelheid levensmiddelen uitgedrukt in kg, die
in 24 uur kan worden ingevroren.
De beste methode voor het invriezen is 24 uur van te
voren op de snelvriestoets te drukken (zodat het gele
controlelampje aangaat) en dan pas de
levensmiddelen in de vrieskast te plaatsen.
In het algemeen zijn, na het plaatsen van de
levensmiddelen, 24 uur snelvriezen voldoende;
schakel de snelvriestoets na deze tijd uit.
Let op!
Om een overbodig energieverbruik te voorkomen kan,
bij een kleine hoeveelheid in te vriezen
levensmiddelen, de snelvriestoets al na enkele uren
uitgeschakeld worden.
GEBRUIK VAN DE VRIESKAST