Operation Manual

55
KOELVAK
In dit apparaat wordt gebruik gemaakt van een no frost-systeem, en er is dus geen handmatige ontdooiing
nodig.
Bovendien is het apparaat voorzien van een distributiesysteem van geventileerde koude lucht, waardoor
de temperatuur in het koelvak bijna homogeen is.
De voedingsmiddelen kunnen op elk willekeurig schap in het apparaat worden gelegd. Hierbij moet er wel
op worden gelet dat de luchtopeningen niet worden afgedekt, want anders wordt de luchtcirculatie
gehinderd.
De beste prestaties worden verkregen bij temperaturen tussen +18°C en +43°C.
INSCHAKELEN VAN HET APPARAAT
Inschakelen van het apparaat.
Het apparaat wordt automatisch ingeschakeld
Bij geopende deur gaat de binnenverlichting branden
GEBRUIK VAN DE KOELKAST
Temperatuurregeling
Om een juiste werking te garanderen en om de conservering van voedingsmiddelen te optimaliseren
moet de temperatuur van het koelvak en van het vriesvak apart worden ingesteld.
THERMOSTAAT VAN DE KOELKAST
Draai de thermostaatknop op de gewenste stand om de temperatuur van het koelvak in te stellen.
Na de inschakeling duurt het ongeveer 2 uur voordat de koelkast de juiste temperatuur heeft bereikt
om een normale hoeveelheid voedsel in het koelvak te bewaren.
Conservering van voedingsmiddelen in het koelvak
Plaats de levensmiddelen zoals in de afbeelding.
A.
Gekookt voedsel
B.
Vis, vlees
C.
Groente en fruit
D.
Flessen
E.
Boter
F.
Zuivelproducten
Om de vitamines, het aroma, de substantie en de
versheid van alle elementen die weggezet moeten
worden zo goed mogelijk te conserveren,
adviseren wij hen van te voren te verpakken in
aluminiumfolie, plasticfolie of in speciale houders
met deksels. Zodoende voorkomt u bovendien dat
er geuren worden afgegeven.
OPMERKING
:
De afstand tussen de schappen en de achterwand mag niet geblokkeerd zijn, om vrije luchtcirculatie te
garanderen.
Zet de voedingsmiddelen niet direct tegen de achterwand.
Zet er geen voedingsmiddelen in die nog warm zijn.
Bewaar vloeistoffen in afgesloten bakjes.
Het bewaren van groenten met een hoog watergehalte kan condensvorming veroorzaken in de
onderste lade: dit beïnvloedt het correct functioneren van het apparaat niet.
Het koelvak wordt geheel automatisch ontdooid.
De koelkast kan functioneren bij omgevingstemperaturen tussen +16° C e +43° C.
Temperatuur Gebruikswijze
Minimaal
Conservering van kleine hoeveelheden voedsel
De deur wordt slechts zelden geopend
Gemiddeld
Normaal gebruik
Maximaal
Conservering van grote hoeveelheden voedsel
De deur wordt vaak geopend