Operation Manual

12
— — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
Machineonderdelen en hun functie
Hieronder worden de diverse onderdelen van de machine en hun functie beschreven. Lees de beschrijvingen
zorgvuldig door, zodat u de namen van de onderdelen kent voordat u de machine gaat gebruiken.
Vooraanzicht
a Draadgeleiderplaat
Bij het inrijgen van de onderdraad leidt u de draad rond
de draadgeleiderplaat.
b Draadgeleiderdeksel
Evenals met de draadgeleiderplaat leidt u de draad rond
het draadgeleiderdeksel bij het inrijgen van de
bovendraad.
c Klospin
Plaats een draadklos op de klospin.
d Draadgeleider voor het opwinden van de spoel
Bij het opwinden van de onderdraad leidt u de draad
rond deze draadgeleider.
e Bovendeksel
Open het bovendeksel om de draadklos op de klospin
te plaatsen.
f Spoelopwinder
Gebruik de spoelopwinder voor het opwinden van de spoel.
g Bedieningspaneel
Op het bedieningspaneel kunt u steekinstellingen
bekijken en bewerken en handelingen voor het gebruik
van de machine weergeven (pagina 15).
h Opening voor bevestigen van de kniehevel
Steek de kniehevel in de opening voor het bevestigen
van de kniehevel.
i Aansluitpunt van de borduureenheid
Sluit het koppelstuk voor de borduureenheid aan.
j Persvoethendel
Met de persvoethendel zet u de persvoet omhoog of omlaag
.
k Bedieningstoetsen
Met deze toetsen bedient u de machine.
l Accessoiretafel
Plaats de accessoirelade met vakjes in het accessoirevak van
de accessoiretafel. Verwijder de accessoiretafel wanneer u
cilindrische stukken wilt naaien zoals manchetten.
m Draadafsnijder
Leid de draden door de draadafsnijder om ze af te snijden.
n Naaldinrijghendel
Met de naaldinrijghendel kunt u de naald inrijgen.
o Controlevenster draadophaalhendel
Via het venster kunt u de stand van de
draadophaalhendel controleren.