Operation Manual

DE BASISPRINCIPES VAN HET NAAIEN — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
58
Steek instellen
Voor elke steek zijn op deze machine standaardinstellingen ingesteld voor steekbreedte, steeklengte en
bovendraadspanning. U kunt echter al deze instellingen wijzigen door te drukken op in het scherm
en de procedure in dit gedeelte te volgen.
Opmerking
z Kunt u de draadspanning niet aanpassen zoals gewenst, zie dan “Problemen oplossen” (pagina 190).
z
Instellingen voor sommige steken kunt u niet wijzigen. Zie “Steekinstellingentabel” (pagina 70) voor
meer informatie.
z Van gewijzigde steekinstellingen wordt de standaardinstelling hersteld als u de machine uitzet of een
andere steek selecteert voordat u de steekinstelling opslaat.
Steekbreedte aanpassen
U kunt de steekbreedte (zigzagbreedte) aanpassen,
zodat de steek breder of smaller wordt.
Telkens wanneer u op drukt, maakt u de
zigzagsteek smaller.
Telkens wanneer u op
drukt, maakt u de
zigzagsteek breder.
Memo
z
Druk op om de standaardinstelling te
herstellen.
z
Wanneer u de rechte steek (linker naaldstand of
drievoudige stretchsteek) hebt geselecteerd,
verandert met de steekbreedte ook de
naaldstand. Wanneer u de breedte groter
maakt, gaat de naald naar rechts; wanneer u de
breedte kleiner maakt, gaat de naald naar links.
z U kunt de naaimachine zo instellen dat u de
steekbreedte gemakkelijk kunt wijzigen met
de schuifknop voor snelheidsregeling. Zie
“Satijnsteken naaien met de schuifknop voor
snelheidsregeling” (pagina 111) voor meer
informatie.
z betekent dat u de instelling niet kunt
wijzigen.
VOORZICHTIG
Nadat u de steekbreedte hebt aangepast,
draait u het handwiel langzaam naar u toe
(tegen de klok in) om te controleren dat
de naald de persvoet niet raakt. Als de
naald de persvoet raakt, kan de naald
verbuigen of breken.