Operation Manual

DE BASISPRINCIPES VAN HET NAAIEN — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
66
Dunne stoffen naaien
Wanneer u dunne stoffen naait, komen de steken
mogelijk niet mooi op één lijn of wordt de stof niet
goed doorgevoerd. Plaats in dat geval dun papier of
steunstof onder de stof en naai deze samen met de
stof. Wanneer u klaar bent met naaien, scheurt u het
overtollige papier af.
a Steunstof of papier
Stretchstof naaien
Speld eerst de stukken stof aan elkaar en naai ze
vervolgens zonder de stof uit te rekken.
a Rijgen
Bij het naaien van gebreide stoffen krijgt u het beste
resultaat met de hieronder aanbevolen stretchsteken.
Let ook op dat u een naald voor gebreide stoffen
gebruikt.
Leer of vinyl naaien
Wanneer u stof naait die mogelijk aan de persvoet
plakt, zoals leer of gecoate stof, plaatst u de non-
stickvoet.
a Leer
Evenwijdige marge naaien
Als u een evenwijdige naad wilt naaien, begint u zo
te naaien dat de marge zich aan de rechterkant van
de persvoet bevindt en de rand van de stof op één lijn
ligt met de rechterkant van de persvoet of een
markering op de naaldplaat.
De stof op één lijn plaatsen met de persvoet
Houd bij het naaien de rechterkant van de
persvoet op gelijke afstand van de rand van de
stof.
a Naad
b Persvoet
De stof op één lijn plaatsen met de
steekgeleidervoet
Houd tijdens het naaien de rechterrand van de
stof op één lijn met de gewenste markering op de
steekgeleidervoet.
a Naad
b Steekgeleidervoet
c Markeringen
459
10
34
1
1
1
1
2
1
2
3