Operation Manual

94
NAAISTEKEN — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — — —
Knoop aannaaien
U kunt met de machine knopen aannaaien. U kunt
knopen met 2 gaten en met 4 gaten aannaaien.
a
Meet de afstand tussen de gaten in de knoop
die u wilt bevestigen.
b
Breng de persvoethendel omhoog en schuif de
boventransporteurhendel (achter op de voet
van de machine) naar (aan de linkerkant,
gezien vanaf de achterkant van de machine).
a Transporteurhendel (gezien vanaf de achterkant
van de machine)
X De transporteurs staan omlaag.
c
Bevestig knoopbevestigingsvoet “M”.
Zie “Persvoet verwisselen” (pagina 44) voor
meer informatie.
d
Selecteer steek
61
.
Zie “Steken selecteren” (pagina 51) voor
meer informatie.
Stel de machine niet in op automatisch
draadknippen; het uiteinde van de draad
wordt later afgewerkt.
e
Pas de steekbreedte zo aan dat deze gelijk is
aan de afstand tussen de gaten in de knoop.
f
Plaats de knoop op de plaats waar deze zal
worden aangenaaid en breng de
persvoethendel naar beneden.
a Knoop
X De knoop wordt op zijn plaats gehouden.
Wanneer u knopen met vier gaten aannaait,
naait u eerst de twee gaten het dichtst bij u.
Schuif vervolgens de knoop zo dat de naald
in de twee gaten erachter gaat en naai deze
op dezelfde manier.
a
a