Network User's Guide

Table Of Contents
159
Typen netwerkverbindingen en protocollen
10
TELNET 10
Het TELNET-protocol stelt u in staat om de netwerkapparaten op een TCP/IP-netwerk te bedienen via uw
computer.
SNMP 10
Het SNMP (Simple Network Management Protocol) wordt gebruikt voor het beheren van netwerkapparaten
zoals computers, routers en netwerkklare machines van Brother. De afdrukserver van Brother ondersteunt
SNMPv1, SNMPv2c en SNMPv3.
Opmerking
Raadpleeg Beveiligingsprotocols uu pagina 173 voor meer informatie over het SNMPv3-protocol.
LLMNR 10
Het LLMNR-protocol (Link-Local Multicast Name Resolution) zet de namen van naburige computers om als
het netwerk geen DNS-server (Domain Name System) heeft. De functie LLMNR Responder werkt in zowel
de IPv4- als IPv6-omgeving bij gebruik van een computer die over de functie LLMNR Sender beschikt, zoals
een computer met Windows Vista
®
en Windows
®
7.
Web Services 10
Met het protocol Web Services kunnen gebruikers van Windows Vista
®
of Windows
®
7 de afdruk- en
scandrivers installeren door met de rechtermuisknop te klikken op het symbool van de machine vanuit de
map Netwerk. (Zie Drivers installeren die gebruikt worden voor afdrukken en scannen via Web Services
(Windows Vista
®
en Windows
®
7) uu pagina 169.) Zie uu Softwarehandleiding voor meer informatie over
scannen met behulp van Web Services. Met Web Services kunt u bovendien vanaf uw computer de huidige
status van de machine controleren.
HTTP 10
Het HTTP-protocol wordt gebruikt voor het versturen van gegevens tussen een webserver en een
webbrowser.
Opmerking
Raadpleeg Beveiligingsprotocols uu pagina 173 voor meer informatie over het HTTPS-protocol.
FTP (voor de functie Scan naar FTP) 10
Met FTP (File Transfer Protocol) kan de machine van Brother documenten in zwart-wit en kleur rechtstreeks
naar een FTP-server op uw netwerk of op internet scannen.