Request Help User's Guide

4
2
2.2.4 Privacyinstellingen
Naam
Beschrijving
privacy_notice_skip
Geef aan of de privacykennisgeving moet worden weergegeven
voordat er een serviceaanvraag wordt verzonden.
Waarden: "true", "false".
privacy_policy_url
Geef de URL van de privacykennisgeving op.
2.2.5 Regels voor Request Help
Naam
Beschrijving
contact_info
(maximaal twee
instellingen,
alleen
ondersteunde
modellen)
contact_name
De naam van de ontvanger van de serviceaanvragen
(maximaal 255 alfanumerieke tekens of symbolen).
contact_phone_num
Het telefoonnummer van de ontvanger van de
serviceaanvragen (maximaal 20 cijfers en de volgende
symbolen: *, #, – ).
contact_email_address
Het e-mailadres van de ontvanger van de
serviceaanvragen (maximaal 255 alfanumerieke tekens
of symbolen).
request_help_report_format
Geef de indeling op voor het Hulp vragen-rapport.
Waarden: "plaintext", "xml", "csv".
request_help_main_rule
Geef de regels op voor de fouten die in het Hulp vragen-
rapport moeten worden opgenomen. Elke regel moet als
volgt worden voorafgegaan door een foutnaam:
"cover_open": {
"request_help_main_rule": "on"
Waarden: "on", "off".
Ondersteunde foutnamen
• paper_jams
• change_drum
• consumable_warnings_
• consumable_errors_
• consumable_warnings_requires_support
•
consumable_errors_requires_support
• memory_errors
• paper_input_errors
• paper_output_errors
• installation_errors
• hardware_errors
•
miscellaneous_errors
2.3 Het configuratiebestand implementeren
Gebruik de Brother Mass Deployment Tool om het door u gemaakte JSON-bestand naar het doelapparaat
te verzenden en de instellingen toe te passen.
1. Start de Brother Mass Deployment Tool.
OPMERKING
Zorg dat u weet welk schemabestand wordt ondersteund door het model dat u gebruikt. Raadpleeg
het bestand README.TXT in de map "schema" voor de lijst met beschikbare schemabestanden en de
bijbehorende modellen. U hebt deze gegevens later nodig.
2. Controleer of het gewenste apparaat in de lijst staat.
Als het apparaat niet in de lijst staat, klikt u op de knop Apparaten toevoegen.
3. Selecteer het doelapparaat of de doelapparaten.