Operation Manual

Stille instellingen (Quiet Settings)
Met de stille functie kunt u ervoor zorgen dat het apparaat minder geluid maakt. Gebruik
deze functie als u het geluidsniveau van het apparaat wilt beperken, bijvoorbeeld
wanneer u 's nachts scant of afdrukt.
Klik op Instellingen... (Settings...) om de stille modus in te stellen.
Opmerking
U kunt de stille modus instellen vanuit het bedieningspaneel van het apparaat, het
printerstuurprogramma of ScanGear.
Op welke wijze u de instelling ook opgeeft, deze is van toepassing op bewerkingen
vanuit het bedieningspaneel van het apparaat of als u bijvoorbeeld afdrukt of scant
vanaf de computer.
Het scannen of printen duurt mogelijk langer dan gebruikelijk wanneer u deze functie
gebruikt.
Stille modus niet gebruiken (Do not use quiet mode)
Selecteer deze optie als u het apparaat wit gebruiken met het normale
werkingsvolume.
Stille modus altijd gebruiken (Always use quiet mode)
Selecteer deze optie als u wilt dat het apparaat minder geluid maakt.
Stille modus gebruiken op opgegeven tijden (Use quiet mode during specified
hours)
Selecteer deze optie als u wilt dat het apparaat minder geluid maakt op de opgegeven
tijden.
Geef de Begintijd (Start time) en de Eindtijd (End time) op van de periode waarin
de stille modus actief moet zijn.
Belangrijk
U moet voor Begintijd (Start time) en Eindtijd (End time) verschillende tijden
opgeven.
Wanneer u de tijden opgeeft, wordt de stille modus niet toegepast op
bewerkingen (zoals kopiëren of direct afdrukken) die rechtstreeks vanaf het
apparaat worden uitgevoerd.
156