Operation Manual

De helderheid aanpassen
U kunt de helderheid van afbeeldingsgegevens tijdens het afdrukken aanpassen.
Puur wit en zwart worden niet veranderd, maar de helderheid van de tussenliggende
kleuren wordt wel veranderd.
Het volgende voorbeeld toont het afdrukresultaat wanneer de helderheid is aangepast.
Licht (Light) is geselecteerd
Normaal (Normal) is
geselecteerd
Donker (Dark) is geselecteerd
De procedure voor het aanpassen van de helderheid is als volgt:
U kunt de helderheid ook instellen op het tabblad Snel instellen (Quick Setup) door Foto
afdrukken (Photo Printing) te kiezen onder Veelgebruikte instellingen (Commonly
Used Settings) en vervolgens Kleur/intensiteit handmatig aanpassen (Color/Intensity
Manual Adjustment) te kiezen onder Extra functies (Additional Features).
1. Open het eigenschappenvenster van het printerstuurprogramma
2. Selecteer de handmatige kleuraanpassing
Selecteer op het tabblad Afdruk (Main) de optie Handmatig (Manual) voor Kleur/
Intensiteit (Color/Intensity) en klik op Instellen... (Set...).
91