Operation Manual

7. Als het paginaformaat en het mediumtype op het aanraakscherm overeenkomen met het
formaat en type van het papier in de achterste lade, selecteert u Ja (Yes).
Als dit niet het geval is, selecteert u Wijzigen (Change) om de instellingen te wijzigen op basis van het
formaat en type van het geplaatste papier.
8.
Open het bedieningspaneel (E), trek de papieruitvoerlade (F) en de papieruitvoersteun (G)
uit en open vervolgens het verlengstuk van de uitvoerlade (H).
Zorg dat u het bedieningspaneel opent voordat u gaat afdrukken. Als het bedieningspaneel niet geopend
is, start de printer niet met afdrukken.
9.
Start Easy-PhotoPrint Editor.
Voor Windows:
De procedure hieronder is bedoeld voor een computer waarop het besturingssysteem Windows 10 wordt
uitgevoerd.
Selecteer in het menu Start (Alle apps (All apps)) > Canon Utilities > Easy-PhotoPrint Editor.
Voor macOS:
Selecteer Programma (Application) in het menu Ga (Go) van de Finder en dubbelklik
achtereenvolgens op de map Canon Utilities, de map Easy-PhotoPrint Editor en het pictogram Easy-
PhotoPrint Editor.
10. Klik op het pictogram Foto's (Photos) (I).
29