Operation Manual

Referentie
D-157
Enkelvoudig type DSP parameters
01: Wah
Dit is een “wah” effect dat de frequentie automatisch kan
beïnvloeden d.m.v. een LFO.
Parameters en waardebereiken:
1 :Resonantie (0 tot 127)
Stelt de sterkte van resonantie in.
2 :Handmatig (0 tot 127)
Stelt de referentiefrequentie van het wah filter in.
3 :LFO Snelheid (0 tot 127)
Stelt de LFO snelheid bij.
4 :LFO Diepte (0 tot 127)
Stelt de LFO diepte bij.
5 :LFO Golfvorm (off, sin, tri, random)
Selecteert de LFO golfvorm.
02: Compressor
Comprimeert het ingangssignaal, hetgeen het effect kan
hebben van het onderdrukken van variatie in niveau’s en die
het mogelijk maakt om gedempte klanken langer aan te
houden.
Parameters en waardebereiken:
1 :Aanzet (0 tot 127)
Regelt de hoeveelheid aanzet van het ingangssignaal. Bij
een lagere waarde wordt de werking van de compressor
geactiveerd, hetgeen de aanzet van het ingangssignaal
onderdrukt. Bij een hogere waarde wordt de werking van
de compressor uitgesteld, waardoor de aanzet van het
ingangssignaal afgegeven wordt zonder verandering.
2 :Loslaten (0 tot 127)
Regelt de tijd vanaf het punt dat het ingangssignaal tot
beneden een bepaald niveau zakt totdat de werking van
de compressor stopt. Wanneer een aanzet gewenst is
(geen compressie vanaf het begin van het geluid), stel
deze parameter dan op een zo laag mogelijk waarde in.
Stel in op een hoge waarde om compressie te allen tijde
uitgeoefend te hebben.
3 :Niveau (0 tot 127)
Stelt het uitgangsniveau bij.
4 :Threshold (0 tot 127) (drempelwaarde)
Stelt het volumeniveau in waarbij de
compressiebewerking start.
03: Distortion
Digitale vervorming die een overtoon uitoefent op het
ingangssignaal en dit vervormt.
Parameters en waardebereiken:
1 :Versterking (0 tot 127)
Stelt de versterking van het ingangssignaal in.
2 :Niveau (0 tot 127)
Stelt het uitgangsniveau bij.
04: Enhancer
Fase verschuift de klanken in de lage en hoge bereiken van
het ingangssignaal om het profiel van het signaal te
verbeteren.
Parameters en waardebereiken:
1 :Lage frequenties (0 tot 127)
Stelt de enhancerfrequentie in bij het lage bereik.
2 :Low Phase (0 tot 127) (lage fase)
Stelt de faseverschuiving van de versterker van het lage
bereik.
3 :Hoge frequenties (0 tot 127)
Stelt de enhancerfrequentie in bij het hoge bereik.
4 :High Phase (0 tot127) (hoge fase)
Stelt de faseverschuiving van de versterker van het hoge
bereik.
05: Automatische Pan
Voert doorlopende panning van het linker- en rechterkanaal
van het ingangssignaal uit m.b.v. een LFO.
Parameters en waardebereiken:
1 :LFO Snelheid (0 tot 127)
Stelt de pansnelheid bij.
2 :LFO Diepte (0 tot 127)
Stelt de pandiepte bij.
3 :LFO Golfvorm (sin, tri)
Selecteert de LFO golfvorm.
06: Tremolo
Stelt het volume in van het ingangssignaal d.m.v. een LFO.
Parameters en waardebereiken:
1 :LFO Snelheid (0 tot 127)
Stelt de tremolo snelheid bij.
2 :LFO Diepte (0 tot 127)
Stelt de tremolo diepte bij.
3 :LFO Golfvorm (sin, tri)
Selecteert de LFO golfvorm.
07: Phaser
Produceert een karakteristiek pulserend, breed geluid door
een LFO te gebruiken om de fase te veranderen van het
ingangssignaal en dat dan met het oorspronkelijke
ingangssignaal te mengen.
Parameters en waardebereiken:
1 :Resonantie (0 tot 127)
Stelt de sterkte in van de resonantie.
2 :LFO Snelheid (0 tot 127)
Stelt de LFO snelheid bij.
3 :LFO Diepte (0 tot 127)
Stelt de LFO diepte bij.
4 :LFO Golfvorm (sin, tri, random)
Selecteert de LFO golfvorm.
DSP Parameterlijst