User Manual

15-18
5. Functies die overeenkomen met de modus
Graph
De functiemenu-items !1 tot en met 5 in het scherm Picture Plot komen ook voor in de
modus Graph . Zie de volgende pagina’s voor meer informatie.
!1(TRACE) ... “Coördinaten op een grafieklijn aflezen” (pagina 5-54)
!2(ZOOM) ... “Zoom” (pagina 5-8)
!3(V-WIN) ... “Instellingen van het weergavevenster (V-Window)” (pagina 5-5)
!4(SKETCH) ... “Punten, lijnen en tekst tekenen in het grafiekscherm (Sketch)” (pagina
5-52)
!5(G-SOLVE) ... “Grafieken analyseren (menu G-SOLVE)” (pagina 5-56)
Opmerking
Wanneer u een volgbewerking uitvoert door op !1(TRACE) te drukken, kunt u de kleur
wijzigen van de punt waar de volgaanwijzer zich bevindt. Voer de volgende stappen uit om de
puntkleur te wijzigen.
1. Druk terwijl het scherm Picture Plot wordt weergegeven op !1(TRACE).
Er wordt een volgaanwijzer weergegeven bij de eerste punt die op de afbeelding is
getekend.
Als zich zowel punten als een grafiek op het scherm Picture Plot bevinden, wordt de
volgaanwijzer eerst op de grafiek weergegeven wanneer u op !1(TRACE) drukt.
Gebruik in dit geval f en c om de volgaanwijzer naar een locatie tussen de grafiek en
de punten te verplaatsen.
2. Gebruik e en d om de volgaanwijzer te verplaatsen naar de punt waarvan u de kleur
wilt wijzigen.
3. Druk op !f(FORMAT) om het dialoogvenster FORMAT weer te geven.
4. Gebruik de cursortoetsen om de markering naar de gewenste kleur te verplaatsen en druk
vervolgens op w.
De kleur waarin u de punten wijzigt, wordt ook gebruikt voor de tekstkleur van de
bijbehorende puntgegevens.