Operation Manual

137
7
Sneeuwscherm
6. MONTEREN VAN HET
GEREPAREERDE WIEL
Het wiel dient op dezelfde manier te
worden gemonteerd als bij stap 5.
Vergeet bovendien niet de sierdop te
monteren.
Het noodreservewiel is niet
geschikt voor het afl eggen van
lange afstanden. Laat zo snel
mogelijk het aanhaalmoment van de
wielbouten en de bandenspanning van
het noodreservewiel controleren door
het CITROËN-netwerk. Laat bovendien
de lekke band zo spoedig mogelijk
repareren en het oorspronkelijke
wiel in de plaats van het reservewiel
monteren door het CITROËN-netwerk.
Zie in de rubriek 8 het gedeelte
"Identifi catie" voor de plaats van
de sticker met informatie over de
banden.
AFNEEMBAAR
SNEEUWSCHERM
Afhankelijk van het land van
bestemming wordt het afneembare
sneeuwscherm op het onderste
gedeelte van de voorbumper geplaatst
om een opeenhoping van sneeuw bij
de koelventilateur van de radiateur te
voorkomen.
PLAATSEN
VERWIJDEREN
- Steek een schroevendraaier in de
opening ter hoogte van de clips.
- Wip de vier clips B één voor één los.
- Breng het afneembare
sneeuwscherm aan in de richting
van de centreerstift A op de
voorbumper.
- Zet het scherm vast door de vier
hoeken aan te drukken ter hoogte
van de clips B .
Zie in de rubriek 2 het
gedeelte "Cockpit", hoofdstuk
"Bandenspanningsdetectie" voor
aanbevelingen na het vervangen van
een wiel met bandenspanningssensor.
Vergeet niet het sneeuwscherm
te verwijderen als de
buitentemperatuur hoger is dan
10°C (en er geen kans op sneeuw
meer is) of als de auto een aanhanger
trekt.