Operation Manual

6.3 Niveau van het brinecircuit controleren
Het brinecircuit moet zijn gevuld met de juiste hoeveelheid vloeistof,
omdat er anders bedrijfsstoringen kunnen ontstaan.
De brinevloeistof moet worden bijgevuld als het niveau van de vloeistof
zo ver daalt, dat deze niet meer te zien is in het expansievat.
Legenda
1
2
Afbeelding 1. Niveau,
brinevloeistof
1 Correct niveau
2 Te laag niveau
De eerste maand na de start van de installatie kan het niveau van de bri-
nevloeistof iets dalen. Dat is normaal. Het vloeistofniveau kan ook varië-
ren door de temperatuur in de warmtebron, maar het vloeistofniveau
mag onder geen beding zo ver dalen dat deze niet meer te zien is in het
expansievat.
Voor DHP-A met op druk gebracht brinecircuit geldt dat de manometer
van het expansievat ca. 1,0 bar moet aangeven.
Neem voor het bijvullen van brinevloeistof altijd contact op met uw
installateur.
6.4 Veiligheidskleppen controleren
De twee veiligheidskleppen van de installatie moeten minimaal vier
keer per jaar worden gecontroleerd om te voorkomen dat het mecha-
nisme verstopt raakt door kalkafzetting.
De veiligheidsklep van de boiler beschermt tegen overdruk in de geslo-
ten boiler. Deze is op de koudwaterinlaat gemonteerd met de uitloop
naar beneden. Als de veiligheidsklep van de boiler niet regelmatig
wordt gecontroleerd, bestaat het gevaar dat de boiler beschadigd raakt.
Het is normaal dat er bij het opladen van de boiler kleine hoeveelheden
water uit de veiligheidsklep komen, met name bij verbruik van grote
hoeveelheden warm water.
Gebruikershandleiding VUBMA910 – 23