Operation Manual

Lokaal afdrukken instellen
Windows
®
Macintosh
Linux
Windows
®
Bepaalde Windows-besturingssystemen beschikken mogelijk al over een stuurprogramma dat compatibel is met de printer.
Printerstuurprogramma's installeren
1. Plaats de cd Drivers and Utilities in het cd-romstation.
De cd Drivers and Utilities start de installatiesoftware automatisch.
2. Als het scherm van de cd Drivers and Utilities wordt weergegeven, klikt u op Personal Installation - Install the
printer for use on this computer only (Aangepaste installatie - De printer alleen voor gebruik op deze computer
installeren) en vervolgens op Next (Volgende).
3. Selecteer de printer in het vervolgkeuzemenu.
4. Selecteer Typical Installation (recommended) (Standaardinstallatie (aanbevolen)) en klik vervolgens op Install
(Installeren).
5. Klik op Finish (Voltooien), sluit de printer aan op de computer via een USB-kabel of een parallelle kabel en schakel
de printer in.
De installatie van de printer wordt voltooid door de Plug&Play-functie van Microsoft. Er wordt een bericht
weergegeven zodra de installatie is voltooid.
Extra printerstuurprogramma's installeren
1. Zet de computer aan en plaats de cd Drivers and Utilities.
Als de cd Drivers and Utilities is gestart, klikt u op Cancel (Annuleren).
OPMERKING: Bij de installatie van een aangepast stuurprogramma wordt het systeemstuurprogramma niet
vervangen. In de map Printers wordt in dat geval een afzonderlijk printerobject gemaakt en weergegeven.
Besturingssysteem: Gebruik dit type kabel:
WindowsVista™
Windows XP
Windows Server 2003
Windows 2000
USB of parallel
Windows NT Parallel
OPMERKING: Voor het installeren van printerstuurprogramma's onder Windows Vista, Windows XP Professional,
Windows NT, Windows Server 2003 en Windows 2000 is beheerderstoegang vereist.