Operation Manual

13
Koelboxen aansluiten volgens schema op pagina 36 volgens de
Nederlandse voorschriften.
I. Gasdrukregelaar voorzien van een ¼ L buiten uitlaat aansluiten
voor het bevestigen van een slang met vaste aangeperste koppeling.
II. Gasdruk regelaar voorzien van een vaste slangpilaar voor het
bevestigen van een propaan-slang volgens NEN5654 m.b.v. een slangklem.
Opmerking bij I: om te voorkomen dat bij het vastdraaien van de
wartelmoer een te hoge krachtoverbrenging op de aansluitopening van de
koelkast wordt gemaakt, moet de aansluitopening met een steeksleutel met
sleutelmaat 13 mm worden tegengehouden.
Controleer of de regelaar (druk) en de gassoort in de gasfles
overeenkomen met de koelbox. Raadpleeg hiervoor de technische
specificaties op de fles, de regelaar en het apparaat.
Monteer de gasslang aan regelaar en koelbox.
Vermijd knikken in de gasslang.
Open de fleskraan en controleer alle verbindingen op dichtheid met
behulp van gaslekspray of zeepsop.
De aansluiting is dicht, als er op de verbindingspunten geen luchtbelletjes
ontstaan.
EEN DICHTHEIDSCONTROLE MET OPEN VLAM IS NIET TOEGESTAAN!
NIET ROKEN ! ONTPLOFFINGS- EN VERBRANDINGSGEVAAR!
Bij een gasfles wissel en/of demontage van de slangverbinding moet de
kraan op de gasfles eerst worden gesloten.
Poreuze of beschadigde slangleidingen dienen door nieuwe te worden
vervangen.
Aansluitingen – en sleutelwijdte
van de steeksleutel – op de
drukregelaarzijde zijn afhankelijk
van de uitvoering van de
drukregelaar; vraag hieromtrent
a.u.b. uw vakhandelaar.