Afwasmachine service art.nr.
Lees deze handleiding Veiligheidsvoorschriften . . . . . . . . 1 Deze handleiding behandelt veiligheidsinstructies, bedieningsinstructies, installatie-instructies en onder andere het verhelpen van storingen. Goed doorlezen voor gebruik helpt u bij adequaat gebruik en onderhoud van de afwasmachine. Gebruiksinstructies Voordat u de servicedienst belt Bedieningspaneel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2 Vaatwasserspecificaties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN LEES ALLE INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK WAARSCHUWING! Volg, wanneer u de afwasmachine gaat gebruiken, onderstaande voorzorgsmaatregelen, inclusief het volgende: AARDINGSINSTRUCTIES ■ Dit toestel moet worden geaard. Aarding verkleint de kans op een elektrische schok bij storingen en defecten. Dit toestel is uitgerust met een geaard snoer en stekker. Steek de stekker in een geaard stopcontact dat is gemonteerd volgens de lokaal geldende voorschriften.
BELANGRIJK! Lees eerst alle bedieningsinstructies om de afwasmachine optimaal te kunnen gebruiken. Bedieningspaneel 1011 1 Controlelampje voorspoelen. Het lampje brandt wanneer het voorspoelprogramma wordt gestart. 7 Programmaselectieknop. Draai de knop met de klok mee om het gewenste wasprogramma te selecteren. 2 Controlelampje wasprogramma. Het lampje brandt wanneer het wasprogramma wordt gestart. 8 Aan/uittoets. Druk op de toets om het toestel in of uit te schakelen. 3 Controlelampje spoelen.
Programma Programmainformatie Programmaverloop Voor erg vieze vaat, zoals potten, pannen, rollade borden en borden met aangekoekte etensresten. voorspoelen voorspoelen (50 °C) hoofdwas (50 °C) spoelen spoelen (70 °C) drogen Niet erg vieze vaat, zoals borden, glazen, kommen en niet erg vieze pannen. voorspoelen voorspoelen hoofdwas (47 °C) spoelen (70 °C) drogen 4/20 g Niet erg vieze vaat, zoals borden, glazen, kommen en niet erg vieze pannen. hoofdwas (40 °C) spoelen (60 °C) drogen 20 gr.
INGEBRUIKNAME ■ Stel het zoutgebruik vooraf in. ■ Vul het zout- en spoelglansreservoir vòòr eerste gebruik en als de indicatielampjes branden. ■ Controleer of het wasmiddelreservoir leeg is na afloop van het vaatwasprogramma. WATERONTHARDER Deze machine is uitgerust met een waterontharder. Het reservoir vullen met zout (Het reservoir moet te allen tijde gevuld worden) Gebruik alleen zout dat geschikt is voor afwasmachines.
AFWASMIDDELBAKJE GEBRUIK NIET TE VEEL AFWASMIDDEL. Het zeepbakje moet voor de start van ieder programma gevuld worden (behalve bij een spoelprogramma), maar doe er niet teveel afwasmiddel in. Volg hierbij de aanwijzingen in de tabel voor de wasprogramma's (pagina 3). Uw afwasmachine gebruikt minder afwasmiddel en glansspoelmiddel dan conventionele afwasmachines. In het algemeen is slechts één maatschepje afwaspoeder nodig voor een normale afwasbeurt. Gebruik meer afwasmiddel bij sterker vervuild vaatwerk.
Wanneer moet u het glansspoelmiddelreservoir vullen? Wanneer het toestel niet is uitgerust met een waarschuwingslampje voor het glansspoelmiddel kunt u de hoeveelheid in het reservoir op de volgende manier inschatten. De zwarte stip op het reservoir geeft aan hoeveel glansspoelmiddel zich in het reservoir bevindt. Met het afnemen van de hoeveelheid glansspoelmiddel in het reservoir wordt de stip kleiner. Zorg er altijd voor dat het reservoir tenminste 1/4 gevuld is.
BESTEKMANDJE (beladingsvoorbeeld) Bestek moet in het bestekmandje worden geplaatst, met de heften naar beneden. Wanneer het bestekmandje is voorzien van zijvakken moet het bestek stuk voor stuk in de vakken worden geplaatst. Lang keukengerei, zoals pollepels, moeten in een liggende (horizontale) positie, voorin de bovenkorf worden geplaatst.
Filtersysteem Afhankelijk van het gebruik moeten de zeven regelmatig onder de kraan afgespoeld worden. Het filtersysteem bestaat uit drie componenten: de grote zeef, de grove zeef en de fijne zeef. 1 Grote zeef Etensresten en vuil die op deze zeef terecht komen worden door een speciale straal op de onderste sproeiarm naar de grove zeef gespoeld. 2 Grove zeef Grotere delen, zoals botresten of stukjes glas die de afvoer zouden kunnen verstoppen, worden opgevangen in de grove zeef.
Deur reinigen Reinig de rand van de deur inclusief het afdichtingsrubber met een zachte, vochtige doek. Zorg ervoor dat er geen water in het deurslot en de elektrische componenten kan binnendringen. Gebruik geen schoonmaakmiddelen in een spuitbus. Gebruik ook geen agressieve schoonmaakmiddelen, zoals schuursponsjes. Deze schoonmaakmiddelen kunnen de lak beschadigen. Sommige papieren handdoeken kunnen ook krassen achterlaten.
Koudwateraansluiting Sluit de koudwateraansluiting aan op een wasmachinekraan incl. beluchter met schroefdraad (3⁄4 inch) en zorg ervoor dat deze goed is bevestigd. Bij een nieuwe waterleiding of wanneer deze lang niet is gebruikt eerst het water enige tijd door laten stromen om eventuele verontreinigingen te verwijderen. Wanneer u dit nalaat zou de waterinlaat verstopt en uw toestel beschadigd kunnen raken. Heetwateraansluiting De vaatwasmachine is niet geschikt voor heetwater toevoer.
Voordat u contact opneemt met de servicedienst Tips bij het verhelpen van storingen Bestudeer de storingstabellen op de volgende pagina's. Wellicht hoeft u dan geen contact op te nemen met de servicedienst. Probleem Mogelijke oorzaken Oplossing De afwasmachine functioneert niet. Zekering defect of de aardlekschakelaar is geactiveerd. Vervang de zekering of reset de werkschakelaar. Verwijder andere apparaten die op dezelfde groep zijn aangesloten. De elektriciteitsvoorziening is niet ingeschakeld.
Voordat u contact opneemt met de servicedienst Probleem Mogelijke oorzaken Oplossing Wolkachtige vlekken op glaswerk. Combinatie van zacht water en te veel afwasmiddel. Gebruik minder afwasmiddel en kies het glasprogramma waarmee glaswerk gereinigd kan worden. Gele of bruine aanslag op de binnenkant van kuip. IJzersporen in water kunnen aanslag in de kuip van de afwasmachine veroorzaken. Neem contact op met een producent van waterontharders voor een speciaal filter.