Operation Manual

39
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
WEGWIJS IN
UW AUTO
BEDIENINGSKNOPPEN
ELEKTRISCHE
STUURBEKRACHTIGING
DUALDRIVE (indien aanwezig) fig. 35
Druk op de knop A voor inschakeling van
de “CITY”-functie (zie de paragraaf “Elek-
trische stuurbekrachtiging”). Als de functie
is ingeschakeld, dan wordt op het instru-
mentenpaneel het opschrift CITY verlicht.
Druk nogmaals op de knop om deze functie
uit te schakelen.
BEDIENINGSKNOP SPORT-
FUNCTIE (uitvoeringen 1.4 100 pk)
fig. 35a
Als u op de SPORT-knop D-fig. 35a
drukt, wordt de sport-functie ingeschakeld.
Hierdoor reageert de motor sneller op
gaspedaal bewegingen en is meer kracht
nodig voor het draaien van het stuur voor
een optimaal stuurgevoel.
Als de functie is ingeschakeld, dan wordt
op het instrumentenpaneel het opschrift
SPORT verlicht. Druk nogmaals op de knop
om deze functie uit te schakelen en de in-
stelling voor normaal rijden te herstellen.
BELANGRIJK Als u de SPORT-knop in-
drukt, wordt de functie na ongeveer 5 se-
conden ingeschakeld.
BELANGRIJK Als u tijdens het accelere-
ren de SPORT-functie gebruikt, kunt u
stoten in het stuurwiel voelen, die ken-
merkend zijn voor een sportieve instelling.
MISTLAMPEN VOOR/
MISTACHTERLICHTEN
(indien aanwezig) fig. 35
De mistlampen voor/mistachterlichten
kunnen op de volgende wijze met de knop
C worden ingeschakeld:
Indrukken: inschakeling mistlampen
voor
Indrukken: inschakeling mistachter-
lichten
Indrukken: uitschakeling verlichting.
Bij ingeschakelde mistlampen voor gaat op
het instrumentenpaneel het controle-
lampje
5 branden; bij ingeschakelde mist-
achterlichten gaat op het instrumenten-
paneel het controlelampje 4 branden.
De mistlampen voor schakelen uitsluitend
in als het dimlicht is ingeschakeld.
F0S0036m
fig. 35
WAARSCHUWINGS-
KNIPPERLICHTEN fig. 35
Druk op de schakelaar B, onafhankelijk
van de stand van de contactsleutel.
Als het systeem is ingeschakeld, branden
de lampjes
Î
en
¥
op het instrumen-
tenpaneel.
Druk voor uitschakeling de schakelaar B
nogmaals in.
Het gebruik van de waarschuwingsknip-
perlichten is afhankelijk van de wetgeving
van het land waarin u zich bevindt. Houdt
u aan de voorschriften.
Noodstop
Bij een noodstop schakelen automatisch
de waarschuwingsknipperlichten in en gaan
gelijktijdig de lampjes
Î
en
¥
op het
instrumentenpaneel branden.
De functie schakelt automatisch uit als de
remvertraging niet meer het karakter van
een noodstop heeft. Deze functie voldoet
aan de huidige wettelijke voorschriften.
D
F0S0153m
fig. 35a
025-047 500 Ins NL 1ed:025-047 FIAT 500 NL 7-12-09 9:32 Pagina 39