Operation Manual

59
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
WEGWIJS IN
UW AUTO
BELANGRIJK Na het verhelpen van de
storing moet het Fiat Servicenetwerk voor
een complete controle van het systeem,
tests uitvoeren op een testbank en, zo no-
dig, een proefrit maken die eventueel een
langere afstand kan omvatten.
ELEKTRISCHE
STUURBEKRACHTIGING
“DUALDRIVE”
(indien aanwezig)
Enkele uitvoeringen zijn uitgerust met de
elektrische stuurbekrachtiging “Dual-
drive”. De elektrische stuurbekrachtiging
werkt alleen als de contactsleutel in stand
MAR staat en de motor draait. Met het
systeem kan de bestuurder de hulpkracht
voor het verdraaien van het stuur aan-
passen aan de rij-omstandigheden.
BELANGRIJK Als de contactsleutel snel
wordt gedraaid, kan de volledige werking
van de stuurbekrachtiging na 1-2 secon-
den worden bereikt.
Bij de uitvoeringen 1.4
16V is de bedie-
ningsknop voor het inschakelen van de
elektrische stuurbekrachtiging Dualdrive
vervangen door de bedieningsknop voor
het inschakelen van de SPORT-functie (zie
de paragraaf “Bedieningsknoppen” in dit
hoofdstuk).
EOBD-SYSTEEM
Met het EOBD-systeem (European On
Board Diagnosis) kan een doorlopende
diagnose worden uitgevoerd op die com-
ponenten op de auto die van invloed zijn
op de emissie. Bovendien meldt het sys-
teem, door het branden van het lampje
U
op het instrumentenpaneel en het ver-
schijnen van een melding op het instelba-
re multifunctionele display (indien aanwe-
zig) (zie het hoofdstuk “Lampjes en be-
richten”) dat de betreffende componen-
ten defect zijn.
Het doel is:
de werking van het systeem controle-
ren;
signaleren wanneer door een storing
de emissies boven de wettelijk vastge-
stelde drempelwaarde uitkomen;
signaleren wanneer het noodzakelijk is
defecte componenten te vervangen.
Het systeem beschikt verder nog over een
diagnosestekker die het mogelijk maakt,
na het aansluiten van speciale apparatuur,
de door de regeleenheid opgeslagen sto-
ringscodes en de specifieke parameters
voor de diagnose en werking van de mo-
tor te lezen.
Deze controle kan ook worden uitge-
voerd door de verkeerspolitie.
Als u de contactsleutel in stand
MAR draait en het lampje
U
gaat niet branden of het gaat
branden of knipperen tijdens
het rijden (er verschijnt ook een melding
op het instelbare multifunctionele dis-
play - indien aanwezig), wendt u dan
zo snel mogelijk tot het Fiat Servicenet-
werk. De werking van het lampje
U
kan met speciale apparatuur door de
verkeerspolitie gecontroleerd worden.
Houdt u aan de wetgeving van het land
waarin u rijdt.
048-070 500 Ins NL 1ed:048-070 FIAT 500 NL 7-12-09 9:34 Pagina 59