Operation Manual

6
VEILIGHEID
STARTEN EN
RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
WEGWIJS IN
UW AUTO
Portieren en achterklep
ontgrendelen
Druk kort op de knop
Ë
: de portieren
en de achterklep worden ontgrendeld, de
plafondverlichting wordt tijdelijk inge-
schakeld en de richtingaanwijzers knippe-
ren twee keer (bepaalde uitvoeringen/
markten).
Als de brandstofnoodschakeling in wer-
king treedt, worden de portieren auto-
matisch ontgrendeld.
Portieren en achterklep
vergrendelen
Druk kort op de knop
Á
: de portieren
en de achterklep worden op afstand ver-
grendeld, de plafondverlichting dooft en
de richtingaanwijzers knipperen één keer
(indien van toepassing).
Als een of meer portieren niet goed ge-
sloten zijn, wordt de vergrendeling niet
uitgevoerd. Dit wordt aangegeven door
het snel knipperen van de richtingaanwij-
zers (indien van toepassing). De portie-
ren worden vergrendeld als de achterklep
geopend is.
Als sneller dan 20 km/h wordt gereden,
dan worden de portieren automatisch ver-
grendeld als deze functie is ingesteld (al-
leen bij uitvoeringen met een instelbaar
multifunctioneel display).
Achterklep op afstand
ontgrendelen
Druk de knop
R
in om op afstand de
achterklep te ontgrendelen (openen).
Het openen van de achterklep wordt aan-
gegeven door het twee keer knipperen
van de richtingaanwijzers.
001-024 500 Ins NL 1ed:001-022 FIAT 500 NL 7-12-09 9:23 Pagina 6