Operation Manual

MOTOR STARTEN
99) 100) 51) 52) 53) 54) 55)
Alvorens de motor te starten, de stoel,
achteruitkijkspiegels, buitenspiegels
instellen en de veiligheidsgordel correct
vastmaken.
Trap nooit het gaspedaal in om de
motor te starten.
VERSIES MET
HANDGESCHAKELDE
VERSNELLINGSBAK
Benzine-uitvoeringen
Ga als volgt te werk:
trek de handrem aan en zet de
versnellingspook in de vrijstand. Voor
0.9 TwinAir Turbo 105 pk versies trek
de handrem aan en zet de
versnellingspook in z'n vrij of trap het
koppelingspedaal volledig in als een
andere versnelling dan de vrijstand
is ingeschakeld;
voor alle versies (behalve 0.9
TwinAir Turbo 105 pk) trap het
koppelingspedaal volledig in, zonder
het gaspedaal in te trappen;
draai de contactsleutel naar AVV en
laat deze los zodra de motor start.
Dieselversies
Ga als volgt te werk:
trek de handrem aan, zet de
versnellingspook in de vrijstand en draai
de contactsleutel naar MAR: de
lampjes
en op het
instrumentenpaneel gaan branden;
wacht tot de lampjes
en
uitgaan en trap dan het
koppelingspedaal volledig in zonder het
gaspedaal in te trappen;
draai de contactsleutel naar AVV
zodra het waarschuwingslampje
dooft. Laat de contactsleutel los
zodra de motor gestart is.
BELANGRIJK Als de motor niet bij de
eerste poging start, draai dan de
contactsleutel naar de stand STOP
alvorens de procedure te herhalen. Als,
met de contactsleutel op MAR, de
waarschuwingslampjes
en
(alleen voor benzineversies) op het
instrumentenpaneel blijven branden,
moet de contactsleutel weer teruggezet
worden op STOP en dan weer naar
MAR worden gedraaid. Als het
waarschuwingslampje
blijft
branden, probeer het dan met de
andere sleutels die bij de auto
zijn geleverd. Neem contact op met het
Fiat Servicenetwerk als de motor nog
steeds niet gestart kan worden.
VERSIES MET DUALOGIC
VERSNELLINGSBAK
101)
Het starten van de motor kan zowel
met een ingeschakelde versnelling als in
de vrijstand (N) gebeuren.
Het rempedaal moet echter altijd
ingedrukt zijn als een andere versnelling
dan de vrijstand is ingeschakeld. Het
wordt daarom aangeraden om de pook
in de vrijstand (N) te zetten voordat
men de motor start.
LPG EN NATURAL POWER
VERSIES
De motor wordt altijd gestart op
benzine, ongeacht de eerder gekozen
werking.
Daarom moet er altijd een geschikte
hoeveelheid reservebenzine in de tank
zitten om de benzinepomp te
beschermen en tijdelijke omschakeling
van werking op aardgas of LPG naar
werking op benzine te garanderen, als
er hoge prestaties vereist zijn.
MOTOR AFZETTEN
Draai de contactsleutel naar de stand
STOP terwijl de motor stationair draait.
BELANGRIJK Voordat de motor na
een zware rit wordt uitgezet, moet men
hem even stationair laten draaien.
Hierdoor kan de temperatuur in de
motorruimte dalen.
99