F I S T A A R T 5 T & S T 530.03.
530_03_077 500 START&STOP NL 17-12-2008 15:29 Pagina 2 VOORWOORD WERKING Het Start&Stop-systeem schakelt automatisch de motor uit telkens als de auto tot stilstand wordt gebracht en start de motor weer als de bestuurder de rit voortzet. Hierdoor wordt de werking van de auto verbeterd, omdat het brandstofverbruik wordt verlaagd, de uitstoot van schadelijke stoffen wordt beperkt en minder geluid wordt geproduceerd. Het systeem wordt ingeschakeld als het contactslot wordt ingeschakeld.
530_03_077 500 START&STOP NL 17-12-2008 OMSTANDIGHEDEN WAARONDER DE MOTOR NIET WORDT UITGESCHAKELD Als het systeem is ingeschakeld, wordt onder bepaalde omstandigheden, vanwege het comfort, de uitlaatgasemissie en de veiligheid, het systeem niet uitgeschakeld; tot deze omstandigheden behoren: ❒ nog koude motor; ❒ onvoldoende geladen accu; ❒ ingeschakelde achterruitverwarming; ❒ op de hoogste snelheid werkende ruitenwissers; ❒ regeneratie van het roetfilter (alleen bij dieselmotoren); ❒ niet gesloten bestu
530_03_077 500 START&STOP NL 17-12-2008 15:29 Pagina 4 WAARSCHUWINGEN AUTO STALLEN fig. 5 Als de auto wordt gestald, moet vooral aandacht worden geschonken aan het onderbreken van de accuspanning. Hierbij moet de snelkoppeling van de minklem A aan de valse minpool B worden losgenomen, omdat op de minpool C van de accu een sensor D is gemonteerd die de conditie van de accu controleert; deze mag nooit worden losgenomen, behalve als de accu moet worden vervangen. OPGELET fig.