Operation Manual

121
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
F0C0240m
ADAPTIEVE CRUISE-CONTROL (indien
aanwezig)
Dit is een elektronisch hulpmiddel, waardoor een gewenste constante
snelheid tussen de 30 en 160 km/h wordt aangehouden op lange, rechte
en droge trajecten (bijv. autosnelwegen) zonder het gaspedaal te hoeven
bedienen.
Het gebruik van dit systeem biedt geen voordelen in druk verkeer.
Gebruik dit systeem niet in de stad.
Bovendien herkent dit systeem de aanwezigheid van voor u rijdende
auto’s en kan er zonodig worden bijgeremd zodat een veilige afstand tot
de voorligger gehandhaafd blijft.
De adaptieve cruise-control signaleert alleen rijdende auto’s en negeert
alle stilstaande obstakels. Het systeem kan dus geen botsingen
verhinderen. Noodstops moeten en kunnen alleen door de bestuurder
worden uitgevoerd, die door een akoestisch en zichtbaar signaal
(weergave van het bericht “REMMEN OM VEILIGHEIDSREDENEN” op
het “Instelbare multifunctionele display”) wordt gewaarschuwd.
De maximale vertraging wordt automatisch door het systeem uitgevoerd
en is beperkt ten opzichte van de werkelijke capaciteit van het
remsysteem van de auto.
Handelingen die worden uitgevoerd door de bestuurder hebben
voorrang boven de adaptieve cruise-control. De verantwoordelijkheid
voor de verkeersveiligheid ligt daarom altijd bij de bestuurder van de
auto.
Als de snelheid bij ingeschakeld systeem onder 30 km/h zakt, wordt de
bestuurder door een akoestisch signaal gewaarschuwd om de
snelheidsregeling weer te hervatten.