Operation Manual

196
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
VEILIGHEID
HOOGTEVERSTELLING VAN DE VEILIGHEIDSGORDELS
VOOR
De geleidebeugel kan in 4 standen worden gezet.
Druk om de hoogte in te stellen op knop (A) en schuif de beugel (B)
omhoog of omlaag.
De hoogte van de gordel moet altijd worden aangepast aan het postuur
van de inzittende: zo wordt de kans op letsel bij een ongeval verkleind.
De gordel is goed afgesteld als hij over de schouder halverwege tussen
nek en uiteinde van de schouder ligt.
F0C0096m
De veiligheidsgordels mogen alleen worden versteld als de auto stilstaat.
ATTENTIE
ATTENTIE
Controleer na het afstellen altijd of de hoogteverstelling in één van de vaste
posities is geblokkeerd. Laat hiervoor de knop (A) los en trek de gordel omlaag,
zodat het bevestigingspunt blokkeert, als dit nog niet heeft plaatsgevonden.