Operation Manual

200
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
VEILIGHEID
HOE U DE VEILIGHEIDSGORDELS
IN OPTIMALE STAAT HOUDT
Voor het juiste onderhoud van de veiligheidsgordels
moeten de volgende aanwijzingen zorgvuldig worden
opgevolgd:
zorg dat de gordel goed uitgetrokken en niet
gedraaid is; controleer ook of de oprolautomaat
zonder haperingen werkt;
vervang de gordels na een ongeval, ook al zijn ze
ogenschijnlijk niet beschadigd. Vervang ook de
gordels als de gordelspanners in werking zijn
geweest;
u kunt de gordels met de hand wassen met water
en een neutrale zeep. Spoel ze uit en laat ze in de
schaduw drogen. Gebruik geen bijtende, blekende
of kleurende middelen. Vermijd het gebruik van alle
chemische producten die het weefsel van de gordel
kunnen aantasten;
voorkom dat vocht in de oprolautomaat komt: de
werking van de oprolautomaten is alleen
gegarandeerd, als ze niet nat zijn geweest;
vervang de gordels bij tekenen van slijtage of
beschadigingen.
KINDEREN VEILIG VERVOEREN
Voor optimale bescherming bij een ongeval moeten
alle inzittenden zittend reizen en beschermd worden
door goedgekeurde veiligheidssystemen.
Dit geldt met name voor kinderen.
Dit is een wettelijk voorschrift volgens richtlijn
2003/20/EU in alle lidstaten van de Europese Unie.
Het hoofd van kleine kinderen is in verhouding met de
rest van het lichaam groter en zwaarder dan dat van
volwassenen, terwijl spieren en botstructuur nog niet
volledig zijn ontwikkeld. Daarom moeten kleine
kinderen door andere systemen beschermd worden
dan door de veiligheidsgordels.
De resultaten van het onderzoek over de optimale
bescherming van kleine kinderen zijn opgenomen in de
Europese ECE/R44-voorschriften die wettelijk
verplicht zijn. De systemen zijn onderverdeeld in vijf
groepen:
Groep 0- gewicht tot aan 10 kg
Groep 0+ gewicht tot aan 13 kg
Groep 1 gewicht: 9-18 kg
Groep 2 gewicht: 15-25 kg
Groep 3 gewicht: 22-36 kg