Operation Manual

218
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
SICUREZZASICUREZZAVEILIGHEID
ALGEMENE OPMERKINGEN
Bedek de rugleuning van de stoelen voor en achter niet met hoezen of kleden die
niet zijn voorbereid op het gebruik met sidebags.
ATTENTIE
Reis niet met voorwerpen op schoot of voor de borst en houd vooral geen pijp,
potlood enz. in de mond. Bij een ongeval waarbij de airbag in werking treedt, kan
dit ernstig letsel veroorzaken.
ATTENTIE
ATTENTIE
Rijd altijd met beide handen op de stuurwielrand, zodat bij het in werking treden
van de airbag, het systeem niet wordt gehinderd door obstakels. Rijd niet met
voorover gebogen lichaam maar ga goed rechtop zitten en steun tegen de
rugleuning.
Laat bij diefstal of een poging tot diefstal, bij beschadiging of als de auto bij een
overstroming onder water is geweest, het airbagsysteem door een Fiat-dealer
controleren.
ATTENTIE
ATTENTIE
Als u de contactsleutel in stand MAR draait en het lampje ¬ gaat niet branden of blijft
branden tijdens het rijden (er verschijnt ook een bericht op het display), dan is er
mogelijk een storing in de veiligheidssystemen; in dat geval kunnen de airbags of
gordelspanners niet geactiveerd worden bij een ongeval of, in een zeer beperkt aantal
gevallen, niet op de juiste wijze geactiveerd worden. Voordat u verder rijdt, dient u
contact op te nemen met de Fiat-dealer om het systeem direct te laten controleren.
ATTENTIE
Bedenk dat als de contactsleutel in stand MAR staat, ook bij uitgezette motor de
airbags geactiveerd kunnen worden als de auto wordt aangereden door een andere
auto. Daarom mogen, ook als de auto stilstaat, absoluut geen kinderen op de
passagiersstoel voor worden geplaatst. Als de contactsleutel echter in stand STOP
staat, wordt bij een ongeval geen enkel beveiligingssysteem (airbag of
gordelspanners) geactiveerd; als een systeem niet in werking treedt, betekent dit
niet dat het systeem niet goed werkt.