Operation Manual

43
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
ACHTERKLEP ONAFHANKELIJK ONTGRENDELEN (ACHTERKLEP ONAFH.)
Als de functie is ingeschakeld (ON), wordt als het commando voor ontgrendeling van de portieren wordt gegeven,
de achterklep niet ontgrendeld: de achterklep kan ontgrendeld worden met de mechanische sleutel of door op de
knop
R op de sleutel met afstandsbediening of op het CID (indien aanwezig) te drukken.
Uitschakelen (OFF): de achterklep wordt gelijktijdig met de portieren ontgrendeld.
c
b
Zie “Startcontrole”
en “Toegang tot
menuscherm”
Menuscherm
Ô
Õ
Ô
Õ
Kies met de knop Õ of Ô voor in- of
uitschakeling
ON/OFF.
De geselecteerde instelling knippert.
c
Terug naar
menuscherm
Terug naar
menuscherm
Terug naar vorig
scherm, bijv.:
c
b
b
c