Operation Manual

9
BESTURING EN GEBRUIK
1. Druk voor het inschakelen op de schakelaar (1) aan de voorzijde van de basiseenheid (6)
2. Zet nu eerst uw voeten in de pedalen.
3. U kunt kiezen om een vooraf ingesteld programma te volgen door eerst op de mode knop te
drukken om tussen programma’s 1 tot 5 te kiezen en hierna de AAN-toets in te drukken op het
bedieningspaneel, of om een training te doen die u zelf kunt bepalen door direct op de aan-
toets te drukken.
4. Het apparaat begint nu te werken op snelheid 1. Als u niks doet blijft deze 5 minuten doorwer-
ken.
5. Met de - en + toetsen kunt u een andere snelheid instellen
6. Met de TIME-toets kunt u de tijd met een minuut verhogen, tot 15 minuten. Als u de knop
nogmaals indrukt wanneer de timer al op 15 minuten staat zal de timer nog maar een enkele
minuut lopen.
Afwisselend wordt op het display weergegeven wat de snelheidsinstelling is, hoe lang het
apparaat zal doorwerken, welke afstand u zou hebben afgelegd en hoeveel calorieën u heeft
verbrand. Welke waarde wordt weergegeven wordt getoond door de lampjes onder het scherm.
Door de MODE-toets in te drukken kunt u wisselen tussen deze weergaven, die dan niet meer
automatisch wisselen.
Als u harder trapt dan de elektronisch bepaalde snelheid dan zal het aantal afgelegde meters
en verbrande calorieën incorrect worden weergegeven. U kunt enkel de verbrande calorieën en
afgelegd aantal meters enkel bekijken terwijl het apparaat in gebruik is.
7. Het is mogelijk om andersom te trappen door de REVERSE-toets in te drukken. Het apparaat
zal nu even pauzeren om daarna de trap-richting te wijzigen op dezelfde snelheid als u in heeft
gesteld.
8. Zodra de ingestelde tijd is afgelopen zal het apparaat een keer piepen en stoppen met werken.
9. Als u tegengewicht geeft of veel gewicht op de pedalen zet, kunnen de pedalen niet bewegen.
Het apparaat zal dan stoppen met werken. Druk opnieuw op de AAN-toets om de training op-
nieuw te starten. In dit geval raden wij aan direct een hogere snelheid te selecteren.
BELANGRIJK TRAININGSADVIES
1. Vermijd overbelasting van uw lichaam. Train niet als u zich moe of uitgeput voelt. Start uw trai-
ningsprogramma langzaam als u niet gewend bent aan lichamelijke activiteiten.
2. Dertig minuten voor en na inspannende training wordt afgeraden om te eten.
3. Controleer tijdens de training of u gelijkmatig en rustig ademt. Om blessures te vermijden moet
u altijd goed opwarmen vóór en afkoelen na de training. Er staan oefeningen beschreven op de
volgende pagina.
4. Zorg dat u tijdens de training voldoende drinkt. Bij lichamelijke belasting wordt aangeraden om
meer dan de aanbevolen hoeveelheid van 2 liter per dag te drinken.
5. Draag gemakkelijk zittende kledij terwijl u dit apparaat gebruikt, maar vermijd wijde kledingstuk-
ken, aangezien deze in de bewegende onderdelen van het apparaat kunnen vastraken.