operation manual

NL
- 81 -
Aanwijzing omtrent het spannen van de
ketting:
De zaagketting dient omwille van de bedrijfsze-
kerheid en veiligheid altijd correct te zijn gespan-
nen. De zaagketting is optimaal gespannen als
ze in het midden van het zwaard ca.2 mm kan
worden opgeheven. Aangezien de zaagketting bij
het zagen warm wordt en bijgevolg van lengte ve-
randert, dient u de kettingspanning ten laatste om
de 10 minuten te controleren en, indien nodig, bij
te regelen. Dit geldt vooral voor nieuwe zaagket-
tingen. Ontspan de zaagketting aan het einde van
het werk omdat de ketting bij het afkoelen korter
wordt. Daardoor voorkomt u dat schade aan de
ketting wordt berokkend.
5.2.c Smering van de zaagketting
Voorzichtig! Vóór controle en instelwerkzaam-
heden altijd de accu van het apparaat afnemen.
Draag om verwondingen te vermijden altijd werk-
handschoenen als u werkzaamheden aan de
kettingzaag verricht.
Aanwijzing! Stel de ketting nooit zonder zaag-
kettingolie in werking! Het gebruik van de zaag-
ketting zonder zaagkettingolie of bij een oliepeil
beneden het kijkvenster heeft een beschadiging
van de kettingzaag tot gevolg!
Aanwijzing! Hou rekening met de temperatu-
uromstandigheden: verschillende omgevings-
temperaturen eisen smeermiddelen van zeer ver-
schillende viscositeit. Bij lage temperaturen hebt
u dunvloeibare oliën (lage viscositeit) nodig om
een voldoende smeer lm te doen ontstaan. Als
u dezelfde olie in de zomer gebruikt, zou de olie
alleen door de hogere temperaturen nog meer
vloeibaar worden gemaakt. Een onderbreking van
de smeer lm zou het gevolg kunnen zijn, de ket-
ting zou kunnen worden oververhit en zou kunnen
worden beschadigd. Bovendien zou de smeerolie
verbranden, waardoor het milieu onnodig met
schadelijke sto en zou worden belast.
Olietank vullen ( g. 11):
Kettingzaag op een effen plaats neerzetten.
Het gebied rond de olietankdop (pos. 31)
schoonmaken en daarna de tank openen.
Tank (pos. 30) vullen met zaagkettingolie. Let
er goed op dat geen vuil in de tank terecht-
komt om te voorkomen dat de oliesproeier
verstopt geraakt.
Olietankdop (pos. 31) dichtdraaien.
Na montage van de aanbouwset voor de ket-
tingzaag en als hij niet wordt gebruikt, steekt u
de zwaardbescherming ( g. 1. pos. 18) over het
gemonteerde zwaard met zaagketting om ver-
wondingen te vermijden.
5.3 Aanbouwset voor de kettingzaag
monteren aan de motorkop ( g. 12 – 13)
De zwaardbescherming moet over het gemon-
teerde zwaard met zaagketting zijn geschoven
om verwondingen te vermijden.
1. Positioneer de aanbouwset voor de ketting-
zaag en de motorkop zo, dat de aan beide
delen aangebrachte pijlen overeenstemmen.
2. Druk de aanbouwset voor de kettingzaag
tegen de motorkop. De vergrendelingsknop
(R) wordt daardoor naar rechts geschoven.
Draai de aanbouwset voor de kettingzaag
naar rechts. De aanbouwset voor de ketting-
zaag vergrendelt zich aan de motorkop en is
vast gemonteerd. De vergrendelingsknop (R)
wordt daarbij naar links gedrukt.
5.4 Aanbouwset voor de kettingzaag 90°
draaien aan de motorkop ( g. 14)
De zwaardbescherming moet over het gemon-
teerde zwaard met zaagketting zijn geschoven
om verwondingen te vermijden.
1. Trek de vergrendelingsknop (R) naar rechts.
2. Draai de aanbouwset voor de kettingzaag 90°
naar links. De aanbouwset voor de ketting-
zaag vergrendelt zich aan de motorkop en is
vast gemonteerd.
5.5 Aanbouwset voor de kettingzaag
verwijderen van de motorkop ( g. 12 – 13)
De zwaardbescherming moet over het gemon-
teerde zwaard met zaagketting zijn geschoven
om verwondingen te vermijden.
1. Trek de vergrendelingsknop (R) naar rechts.
2. Draai de aanbouwset voor de kettingzaag zo
ver, dat de pijlen aan motorkop en aanbouw-
set voor de kettingzaag overeenstemmen en
deze kan worden verwijderd.
5.6 Aanbouwset voor de heggenschaar mon-
teren aan de motorkop ( g. 15 – 16)
De bescherming moet over het mes van de heg-
genschaar zijn geschoven om verwondingen te
vermijden.
1. Positioneer de aanbouwset voor de heggen-
schaar en de motorkop zo, dat de aan beide
delen aangebrachte pijlen overeenstemmen.
2. Druk de aanbouwset voor de heggenschaar
tegen de motorkop. De vergrendelingsknop
Anl_GHH_E_20_Li_SPK7.indb 81Anl_GHH_E_20_Li_SPK7.indb 81 12.05.15 15:5812.05.15 15:58