Operation Manual

3
Selecteer uw voetsensor.
4
Selecteer Cal. Factor > Stel waarde in.
5
Pas de kalibratiefactor aan:
Verhoog de kalibratiefactor als de afstand te kort is.
Verlaag de kalibratiefactor als de afstand te lang is.
Snelheid en afstand van voetsensor instellen
Voordat u de snelheid en afstand van de voetsensor kunt
kalibreren, moet u het toestel koppelen met de voetsensor (De
draadloze sensoren koppelen, pagina 34).
U kunt uw toestel instellen om snelheid en afstand te berekenen
met de voetsensorgegevens in plaats van GPS-gegevens.
1
Houd MENU ingedrukt.
2
Selecteer Instellingen > Sensors en accessoires.
3
Selecteer uw voetsensor.
4
Selecteer Snelheid of Afstand.
5
Selecteer een optie:
Selecteer Binnen als u met uitgeschakelde GPS traint,
meestal binnen.
Selecteer Altijd als u uw voetsensorgegevens wilt
gebruiken ongeacht de GPS-instelling.
tempe
De tempe is een draadloze ANT+ temperatuursensor. U kunt de
sensor aan een stevige band of lus bevestigen op een plek waar
deze is blootgesteld aan omgevingslucht en zo een consistente
bron van nauwkeurige temperatuurgegevens vormt. U moet de
tempe met uw toestel koppelen om temperatuurgegevens van
de tempe te kunnen weergeven.
Toestelinformatie
fēnix 5/5S/5X Plus specificaties
Batterijtype Oplaadbare, ingebouwde lithium-ionbatterij
fēnix 5S Plus levensduur
van batterij
Maximaal 7 dagen
fēnix 5 Plus levensduur
van batterij
Maximaal 12 dagen
fēnix 5X Plus levensduur
van batterij
Maximaal 20 dagen
Waterbestendigheid 10 ATM*
Bedrijfs- en opslagtempe-
ratuurbereik
Van -20º tot 45ºC (van -4º tot 113ºF)
Laadtemperatuurbereik Van 0º tot 45ºC (van 32º tot 113ºF)
Draadloze frequenties/
draadloze protocollen
fēnix 5S Plus: 13 MHz bij -69,3 dBm
nominaal, 2,4 GHz bij 11,87 dBm
nominaal; fēnix 5 Plus: 13 MHz bij -69,3
dBm nominaal, 2,4 GHz bij 10,78 dBm
nominaal; fēnix 5X Plus: 13 MHz bij -69,3
dBm nominaal, 2,4 GHz bij 19,21 dBm
nominaal
*Het toestel is bestand tegen druk tot een diepte van maximaal
100 meter. Ga voor meer informatie naar www.garmin.com
/waterrating.
Batterijgegevens
De werkelijke levensduur van de batterij hangt af van de op uw
toestel ingeschakelde functies, zoals activiteiten-tracking,
hartslagmeting bij de pols, smartphonemeldingen, GPS, interne
sensors en aangesloten sensors.
fēnix 5S Plus
levensduur
van batterij
fēnix 5 Plus
levensduur
van batterij
fēnix 5X Plus
levensduur
van batterij
Modus
Maximaal 7
dagen
Maximaal 12
dagen
Maximaal 20
dagen
Smartwatch-modus
met activiteiten
volgen en 24/7 hart-
slagmeting bij de
pols
Maximaal 11
uur
Maximaal 19
uur
Maximaal 33
uur
GPS-modus met
hartslagmeting bij
de pols
Maximaal 4 uur Maximaal 8 uur Maximaal 13
uur
GPS-modus met
hartslagmeting bij
de pols en
streaming muziek
Maximaal 25
uur
Maximaal 42
uur
Maximaal 70
uur
UltraTrac GPS-
modus met gegist
bestek op basis van
gyrokompas
Gegevensbeheer
OPMERKING: Het toestel is niet compatibel met Windows 95,
98, ME, Windows NT
®
, en Mac
®
OS 10.3 en ouder.
De USB-kabel loskoppelen
Als uw toestel als een verwisselbaar station of volume is
aangesloten op uw computer, dient u het toestel op een veilige
manier los te koppelen om gegevensverlies te voorkomen. Als
uw toestel als een draagbaar toestel is aangesloten op uw
Windows computer, hoeft u het niet op een veilige manier los te
koppelen.
1
Voer een van onderstaande handelingen uit:
Op Windows computers: Selecteer het pictogram
Hardware veilig verewijderen in het systeemvak en
selecteer uw toestel.
Voor Apple computers selecteert u het toestel en
selecteert u File > Eject.
2
Koppel de kabel los van uw computer.
Bestanden verwijderen
LET OP
Als u niet weet waar een bestand voor dient, verwijder het dan
niet. Het geheugen van het toestel bevat belangrijke
systeembestanden die niet mogen worden verwijderd.
1
Open het Garmin station of volume.
2
Open zo nodig een map of volume.
3
Selecteer een bestand.
4
Druk op het toetsenbord op de toets Delete.
OPMERKING: Als u een Apple computer gebruikt, moet u de
map Trash leegmaken om de bestanden volledig te
verwijderen.
Onderhoud van het toestel
Toestelonderhoud
LET OP
Gebruik nooit een scherp voorwerp om het toestel schoon te
maken.
Gebruik geen chemische reinigingsmiddelen, oplosmiddelen en
insectenwerende middelen die plastic onderdelen en
oppervlakken kunnen beschadigen.
Spoel het toestel goed uit met leidingwater nadat het in
aanraking is geweest met chloor of zout water, zonnebrand,
cosmetica, alcohol en andere chemicaliën die een reactie
Toestelinformatie 35