User manual

GEBRUIKSAANWIJZING
VERSIE 05/12
DDS-FUNCTIEGENERATOR
BESTELNR.: 12 29 41
BESTELNR.: 12 29 42
BESTELNR.: 12 29 43
BESTELNR.: 12 29 44
BESTELNR.: 12 29 45
BESTELNR.: 12 29 46
BESTELNR.: 12 31 59
SFG-2004
SFG-2007
SFG-2010
SFG-2020
SFG-2104
SFG-2120
AFG-2112
BESTELNR.: 12 37 41
BESTELNR.: 12 37 59
BESTELNR.: 12 37 60
BESTELNR.: 12 37 61
BESTELNR.: 12 37 62
BESTELNR.: 12 37 63
BESTELNR.: 12 37 64
AFG-3051
AFG-3081
AFG-2005
AFG-2012
AFG-2025
AFG-2105
AFG-2125
BEDOELD GEBRUIK
De DDS-functiegenerator wekt - afhankelijk van het model - meetsignalen met een frequentie
tussen 100 mHz en maximaal 20 MHz op met verscheidene golfvormen en instelbare amplitude.
Het scherm toont de functies. Dankzij de digitale synthesizer zijn de uitgangssignalen uiterst
nauwkeurig en stabiel qua frequentie. In de 2100 serie is een frequentieteller ingebouwd voor
het meten van externe signalen.
De meetaansluiting loopt via BNC-contrastekers.
De op het apparaat aangegeven maximale meetspanning mag nimmer worden overschreden.
Gebruik eventueel spanningdelende meetpennen om het signaal te verzwakken.
Het apparaat mag enkel worden aangesloten op en gebruikt via een geaarde contactdoos van
het openbare elektriciteitsnet.
Iedere andere toepassing dan hierboven beschreven kan leiden tot beschadiging van het
product.
Daarnaast bestaat het risico van bijvoorbeeld kortsluiting, brand of elektrische schokken.
Het samengestelde product mag niet worden gewijzigd resp. omgebouwd en de behuizing mag
niet worden geopend.
Een meting in vochtige ruimten of buitenshuis resp. bij omgevingen in ongunstige
omstandigheden is niet toegestaan. Ongunstige omgevingsomstandigheden zijn:
Vocht of hoge luchtvochtigheid, -
Stof en brandbare gassen, dampen of oplosmiddelen, -
Onweer resp. onweerachtige omstandigheden zoals sterke elektrostatische velden en -
dergelijke.
Neem de veiligheidsaanwijzingen, opgenomen in deze bedieningshandleiding, beslist in acht.
Deze korte handleiding is bedoeld als toelichting op de veiligheidsvoorzieningen om het werken
met het apparaat zo veilig mogelijk te maken. De verschillende functies van het apparaat
worden uitvoerig in de meegeleverde Engelstalige bedieningshandleiding uitgelegd.
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Lees de gebruiksaanwijzing zorgvuldig door en let vooral op de
veiligheidsinstructies. Indien de veiligheidsinstructies en de aanwijzingen
voor een juiste bediening in deze gebruiksaanwijzing niet worden opgevolgd,
kunnen wij niet aansprakelijk worden gesteld voor de daardoor ontstane
schade aan apparatuur of persoonlijk letsel. Bovendien vervalt in dergelijke
gevallen de garantie.
Personen / Producta)
Om redenen van veiligheid en toelating (CE) is het eigenmachtig ombouwen en/of •
wijzigen van het product niet toegestaan.
De constructie van het product voldoet aan beschermingsklasse 1. Gebruik als •
spanningbron enkel een goedgekeurde, geaarde contactdoos (115 / 230 V/AC) van
het openbare elektriciteitsnet.
Houd meetapparatuur en -apparaten, die op het elektriciteitsnet worden aangesloten, •
buiten bereik van kinderen. Wees dus extra voorzichtig bij aanwezigheid van
kinderen.
Sluit de BNC-uitgang van de meetkabel eerst op de generator aan, voordat u de •
meetkabel verbindt met de te meten meetkring. Koppel na het voltooien van de
meting eerst de meetcontacten los van de meetkring voordat u de BNC-uitgang
scheidt van de generator.
Wees vooral voorzichtig bij het omgaan met wisselspanningen groter dan 25 V •
(AC) of gelijkspanningen groter dan 35 V (DC)! Al bij deze spanningen kunt u,
wanneer u de elektrische geleiders aanraakt, een levensgevaarlijke elektrische
schok oplopen.
Controleer voor elke meting uw meetapparaat en de meetdraden op •
beschadiging(en). Verricht in geen geval metingen als de beschermende isolatie
beschadigd (ingescheurd, afgescheurd, enz.) is.
Om een elektrische schok te voorkomen, moet u ervoor zorgen dat u de te meten •
aansluitingen/ meetpunten tijdens het meten niet, ook niet indirect, aanraakt.
Pak de meetpenpen tijdens het meten niet voorbij de voelbare greepmarkering •
aan. Dit kan levensgevaarlijke elektrische schokken tot gevolg hebben.
Gebruik het apparaat niet kort voor, tijdens of kort na een onweer (blikseminslag! •
/ energierijke piekspanningen!). Let erop dat uw handen, schoenen, kleding, de
grond, het meetinstrument resp. de meetsnoeren, de schakelingen of schakeldelen
en dergelijke absoluut droog zijn.
Gebruik het apparaat niet in ruimten of onder ongunstige omstandigheden waarin/•
waarbij brandbare gassen, dampen of stoffen aanwezig zijn of kunnen zijn.
Vermijd het gebruik van het apparaat in de onmiddellijke omgeving van:•
sterke magnetische of elektromagnetische velden -
zendantennes of HF-generatoren. -
Hierdoor kunnen de meetwaarden worden beïnvloed. -
Gebruik voor het meten alleen de meegeleverde meetsnoeren resp. •
meetaccessoires,dieopdespecicatiesvandegeneratorzijnafgestemd.Gebruik
enkel dubbel of versterkt geïsoleerde meetaccessoires (bijvoorbeeld volledig
geïsoleerde BNC-adapters enz.)
Indien aan te nemen is dat gebruik zonder gevaar niet meer mogelijk is, schakel •
dan het apparaat uit en beveilig het tegen onbedoeld gebruik. U mag ervan uitgaan
dat een gebruik zonder gevaar niet langer mogelijk is als:
het product zichtbare beschadigingen vertoont, -
het apparaat niet meer werkt en -
als het langdurig onder ongunstige omstandigheden is opgeslagen of -
na zware transportbelasting. -
Schakel het apparaat nooit meteen in nadat het van een koude naar een warme •
ruimte is gebracht. Het condenswater dat dan ontstaat, kan onder bepaalde
omstandigheden het apparaat beschadigen. Laat het uitgeschakelde apparaat
eerst op kamertemperatuur komen.
Demonteer het product nooit! Er bestaat kans op een levensgevaarlijke elektrische •
schok!
Laat verpakkingsmateriaal niet rondslingeren. Dit kan voor kinderen gevaarlijk •
speelgoed zijn.
Het apparaat is alleen geschikt voor droge ruimten binnenshuis (geen badkamers •
of andere vochtige ruimten). Vermijd in ieder geval dat het apparaat vochtig of nat
wordt. Er bestaat kans op een levensgevaarlijke elektrische schok!
Leef in bedrijven de veiligheidsvoorschriften na van het „Verbandes der gewerblichen •
BerufsgenossenschaftenfürelektrischeAnlagenundBetriebsmittel“.
Ga voorzichtig om met het product. Door stoten, slagen of een val, zelfs van een •
geringe hoogte, kan het beschadigd raken.
Raadpleeg ook de meegeleverde gedetailleerde bedieningshandleiding.•
Diversenb)
Raadpleeg een expert wanneer u twijfelt over het juiste gebruik, de veiligheid of het •
aansluiten van het apparaat.
Onderhoud, aanpassingen en reparaties mogen alleen uitgevoerd worden door •
een expert of in een daartoe bevoegde winkel.
Indien u vragen heeft over de correcte aansluiting of het gebruik of als er problemen zijn waar
u in de gebruiksaanwijzing geen oplossing voor kunt vinden, neemt u dan contact op met onze
technische helpdesk of met een andere elektromonteur.
Voltcraft®, Lindenweg 15, D-92242 Hirschau, Tel. +49 180/586 582 7.
Het apparaat heeft de fabriek in veiligheidstechnisch perfecte staat verlaten. Om deze toestand
te handhaven en een gebruik zonder gevaren te waarborgen, dient u de veiligheidsaanwijzingen
en waarschuwingen, opgenomen in de meegeleverde handleidingen in acht te nemen. Let op
de volgende symbolen:
Een uitroepteken in een driehoek wijst op belangrijke instructies in deze
bedieningshandleiding die absoluut in acht dienen te worden genomen.
Een bliksemschicht in een driehoek waarschuwt voor een elektrische schok of een
veiligheidsbeperking van elektrische onderdelen in het apparaat.
Het Symbool vindt u bij bijzondere tips of instructies voor de bediening.
This product has been CE certied and meets the necessary European
guidelines.
Alleen voor gebruik in droge binnenruimtes.
Aansluiting aardleiding, beschermklasse 1. Maak deze schroef / aansluiting niet
los.
Aardpotentiaal