User manual

De uitschakelvertraging instellen en de printer zo configureren dat het maximaal 1
watt verbruikt
Gebruik de menu's op het bedieningspaneel om in te stellen hoe lang het duurt voordat de printer wordt
uitgeschakeld.
OPMERKING: Nadat de printer is uitgeschakeld, neemt het stroomverbruik af tot 1 watt of minder.
Voer de volgende stappen uit om de instellingen voor uitschakelvertraging te wijzigen:
1. Veeg vanaf het beginscherm op het bedieningspaneel van de printer totdat het menu Instellingen wordt
weergegeven. Raak de knop Instellingen
aan om het menu Instellingen te openen.
2. Open de volgende menu's:
Systeeminstellingen
Energie-instellingen
Uitschakelen na
3. Selecteer de tijd voor de uitschakelvertraging.
OPMERKING: De standaardwaarde is 4 uur.
De instelling voor uitschakelvertraging configureren
Gebruik de menu's op het bedieningspaneel om te selecteren of de printer vertraagd wordt uitgeschakeld
nadat de aan-uitknop is ingedrukt.
Voer de volgende stappen uit om de instellingen voor uitschakelvertraging te wijzigen:
1. Veeg vanaf het beginscherm op het bedieningspaneel van de printer totdat het menu Instellingen wordt
weergegeven. Raak de knop Instellingen
aan om het menu Instellingen te openen.
2. Open de volgende menu's:
Systeeminstellingen
Energy Settings (Energie-instellingen)
Uitschakelvertraging
3. Selecteer een van de vertragingsopties:
Geen vertraging: De printer wordt uitgeschakeld na een bepaalde periode van inactiviteit die is
ingesteld bij de instelling Automatisch uitschakelen na.
Bij poorten actief: Als deze optie is geselecteerd, wordt de printer niet uitgeschakeld tenzij alle
poorten niet-actief zijn. Een actieve netwerk- of faxverbinding voorkomt dat de printer wordt
uitgeschakeld.
110 Hoofdstuk 8 De printer beheren NLWW