User manual

5. Controleer in het linkerdeelvenster of de koppeling Netwerkmap instellen is gemarkeerd. de pagina
Scannen naar netwerkmap moet worden weergegeven.
6. Klik op de pagina Configuratie netwerkmap op de knop Nieuw.
7. Vul in het gebied Netwerkmapgegevens de volgende velden in:
a. Voer in het veld Weergavenaam de weer te geven naam van de map in.
b. Voer in het veld Netwerkpad het netwerkpad naar de map in.
c. Voer in het veld Gebruikersnaam de gebruikersnaam in die vereist is om de netwerkmap te
openen.
d. Voer in het veld Wachtwoord het wachtwoord in dat vereist is om de netwerkmap te openen.
8. Om in te stellen dat een pincode moet worden ingevoerd op het bedieningspaneel van de printer
voordat hiermee een bestand naar een netwerkmap kan worden verzonden, vult u in het gebied
Maptoegang beveiligen met een pincode de volgende velden in:
a. Voer in het veld Pincode (optioneel) een viercijferige pincode in.
b. Voer in het veld Pincode bevestigen de viercijferige pincode opnieuw in.
OPMERKING: HP adviseert een pincode aan te maken om de bestemmingsmap te beveiligen.
OPMERKING: Als u een pincode heb aangemaakt, moet u deze elke keer op het bedieningspaneel van
de printer invoeren als er een scan naar een netwerkmap wordt verzonden.
9. Vul in het gebied Scaninstellingen de volgende velden in:
a. Selecteer in de vervolgkeuzelijst Bestandstype scan de standaardbestandsindeling voor gescande
bestanden.
b. Selecteer in de vervolgkeuzelijst Papierformaat scan het standaardpapierformaat voor gescande
bestanden.
c. Selecteer in de vervolgkeuzelijst Scanresolutie de standaardscanresolutie voor gescande
bestanden.
OPMERKING: Afbeeldingen met een hogere resolutie bestaan uit meer dpi (dots per inch) en
geven om die reden meer details weer. Afbeeldingen met een lagere resolutie bestaan uit minder
dpi en geven dus minder details weer. De bestandsgrootte is echter kleiner.
d. Selecteer in de vervolgkeuzelijst Uitvoerkleur of gescande bestanden in zwart-wit of kleur
moeten zijn.
e. Voer in het veld Voorvoegsel bestandsnaam het voorvoegsel (bijv. Mijnscan) van een bestand in.
10. Controleer alle gegevens en klik vervolgens op een van de volgende opties:
Opslaan en testen: Selecteer deze optie om de gegevens op te slaan en de verbinding te testen.
Alleen opslaan: Selecteer deze optie om de gegevens op te slaan zonder de verbinding te testen.
Annuleren: Selecteer deze optie om de configuratie af te sluiten zonder op te slaan.
66 Hoofdstuk 6 Scan NLWW