Operation Manual

9 Het oplossen van problemen
Dit gedeelte bevat informatie over de volgende onderwerpen:
• De camera opnieuw instellen (zie "
De camera opnieuw instellen" op pagina 33)
• Mogelijke problemen en oplossingen (zie "
Problemen en oplossingen"
op pagina 33)
De camera opnieuw instellen
Als de camera niet reageert wanneer u op een knop drukt, stelt u de camera opnieuw in.
1. Zet de camera uit.
2. Verwijder de geheugenkaart en de batterijen voor een periode van minimaal 5
seconden.
3. Plaats de batterijen terug en sluit het klepje van de batterij/geheugenkaartsleuf.
4. Zet de camera aan. Is de camera goed gereset, dan kunt u gevraagd worden de
datum en tijd in te stellen (zie "
De datum en tijd instellen" op pagina 5).
5. Controleer of de camera correct werkt zonder optionele geheugenkaart, schakel de
camera uit en plaats de kaart terug.
Wanneer de camera opnieuw wordt ingesteld, blijven opnames en videoclips in het
geheugen behouden.
Problemen en oplossingen
Gebruik deze informatie om oplossingen te vinden voor problemen met de camera.
Opmerking Bekende problemen zijn vaak in nieuwe versies van de firmware
hersteld. U profiteert het meest van de mogelijkheden van uw digitale camera door
van tijd tot tijd op de website van Hewlett-Packard Technische Ondersteuning
(
www.hp.com/support) te kijken of er updates zijn voor de software, drivers en
firmware van de camera.
Hoe kan ik toch professionele afdrukken krijgen als ik geen fotoprinter heb?
Gebruik de functie
Afdrukken online kopen in het menu Photosmart Express
(zie "
Afdrukken online kopen" op pagina 30).
De camera kan niet worden ingeschakeld.
• Installeer nieuwe of geladen batterijen. Zorg dat u deze correct plaatst (zie "
De
batterijen plaatsen" op pagina 4). Wanneer u oplaadbare batterijen gebruikt, zorg dan
dat dit Nikkelmetaalhydride (NiMH)-batterijen zijn.
• Stel de camera opnieuw in (zie "
De camera opnieuw instellen" op pagina 33).
• Controleer of de geheugenkaart geschikt is voor de gebruikte camera (zie "
Opslag"
op pagina 45). Als de kaart van het juiste type is, verwijdert u de geheugenkaart en
zet u de camera aan. Als de camera aangaat, formatteert u de geheugenkaart (zie
"
Een geheugenkaart plaatsen en formatteren (optioneel)" op pagina 6). Als de
camera nog steeds niet aangaat, formatteert u de geheugenkaart in een
geheugenkaartlezer of vervangt u de geheugenkaart.
Het oplossen van problemen 33