Operation Manual

40 Nederlands
SMEREN
2. Olie verversen in reductiekast 1:6
De reductiekast van de motor mist een aftapstop,
maar de olie kan afgetapt worden door het gat van
de peilstop (2) als de machine voorover wordt
gekanteld. Omdat het moeilijk is om morsen van
benzine en benzinedampen te voorkomen, mag
het olie verversen niet binnenshuis gebeuren.
1. Leeg de brandstoftank of plaats een kan om
de druppelende benzine op te vangen.
2. Kantel de machine voorover, plaats een kan
onder de peilstop (2) en verwijder de vulstop
(1) en de peilstop (2).
3. Laat de motorolie in de kan lopen, kantel de
machine terug en stel hem vlak op.
4. Vul nieuwe olie bij, hetzelfde type als voor de
motor, in het gat van de vulstop tot het uit het
gat van de peilstop loopt. Olie-inhoud 0,15
liter.
5. Plaats de peil- en vulstoppen terug. Zet ze niet
te hard vast.
6. Droog eventueel gemorste olie op.
Controle van het oliepeil van de versnelling
Zorg ervoor dat de machine recht staat en dat de
motor niet loopt. Maak voorzichtig de peilstop (2)
los en controleer of er olie uit lekt. Als er geen
lekkage optreedt, kan de machine voorzichtig naar
voren gekanteld worden en zo kan het oliepeil
ingeschat worden. Indien nodig wordt olie bijgevuld
door het gat van de vulstop (1) tot het uit het gat
van de peilstop loopt.
Plaats de peil- en vulstoppen terug. Draai niet te
hard vast.
BELANGRIJKE INFORMATIE
Gebruikte motorolie is schadelijk voor de
gezondheid en mag volgens de wet niet op de
grond of in de natuur weggegoten worden
maar moet ingeleverd worden bij de
werkplaats of de aangewezen plaats voor
verwerking. Voorkom contact met de huid,
wassen met water en zeep bij evt. knoeien.
Controle van het oliepeil van de motor
Zorg ervoor dat de machine recht staat met een
gestopte motor bij de controle van het oliepeil.
1. Schroef de oliepeilstok uit en maak deze droog
met papier of een pluisvrije doek.
2. Stop de oliepeilstok terug zonder deze vast te
schroeven. Haal hem omhoog en controleer
het peil op de stok.
3. Vul indien nodig olie bij tot de rand van het gat
van de oliepeilstok. Olietype, zie hoofdstuk
Smeren \ 1. Motorolie.
4. Controleer of de rubberen pakking op zijn
plaats ligt en schroef de oliepeilstok weer terug.
Draai hem niet scheef of te hard vast zodat de
schroefdraad beschadigd raakt.
8011-055
8011-020