Operation Manual
APRS – 21
■ UIFLOOD
Als u de TH-D72 als een digipeater gebruikt, geeft u aan of
de UIFLOOD-digipeat wordt uitgevoerd.
Als de ontvangen UI-frametekenreeks overeenkomt met
de ingevoerde alias (bijvoorbeeld, CA), wordt het aantal
hops (bijvoorbeeld, 2-2) verwerkt en verminderd met 1
(bijvoorbeeld, CA2-2 wordt CA2-1).
Voer de Menumodus in en open Menu 619.
1 Open Menu 3N0.
2 Zet <UIfl ood> op “On” of “Off”.
3 Open Menu 3N1.
• De Alias-instellingmodus opent.
4 Voer de UIFLOOD-alias in.
• Stel wanneer u de UIFLOOD-digipeat uitvoert de
tekenreeks van de gebruikte alias in.
5 Open Menu 3N2.
• De UIFLOOD SUBSTITUTION-instellingmodus opent.
6 Stel een “ID”, “NOID” of “FIRST” in.
ID: Uw oproepteken is ingebed. Wanneer het
gerelayeerde UI-frame al een oproepteken bevat,
vervangt het oproepteken van uw station het bestaande
oproepteken.
NOID: Het oproepteken is niet ingebed of vervangen.
FIRST: Als het gerelayeerde UI-frame geen oproepteken
bevat, is het oproepteken van uw station ingebed.
Wanneer het gerelayeerde UI-frame al een oproepteken
bevat, is het oproepteken niet ingebed of vervangen.
■ UITRACE
Als u de TH-D72 als een digipeater gebruikt, geeft u aan of
de UITRACE-digipeat wordt uitgevoerd.
Als de ontvangen UI-frametekenreeks overeenkomt met
de ingevoerde alias (bijvoorbeeld, Wide), wordt het aantal
hops (bijvoorbeeld, 2-2) verwerkt en verminderd met 1
(bijvoorbeeld, Wide2-2 wordt Wide2-1) en het oproepteken
van uw station wordt toegevoegd aan de UI-frame.
1 Open Menu 3O0.
2 Zet <UItrace> op “On” of “Off”.
3 Open Menu 3O1.
• De Alias-instellingmodus opent.
4 Voer de UITRACE-alias in.
• Stel wanneer u de UITRACE-digipeat uitvoert de
tekenreeks van de gebruikte alias in.
OPSLAG VAN GEBRUIKERSMEDEDELINGEN
Open Menu 3P0.
Met deze functie (het klembord) kunt u mededelingen in
de APRS berichtensamenstelling invoegen. U kunt tot 4
mededelingen samenstellen, die elk uit 32 letters en cijfers
kunnen bestaan.
• De functie voor gebruikersmededelingen kan alleen worden
toegepast in de berichtensamenstellingsstand.
• Voordat een bericht wordt gekopieerd, kan het aantal letters niet
gegarandeerd worden. Alleen het beschikbare aantal letters
wordt gekopieerd, de rest vervalt.
• Als u een bericht wilt kopiëren, opent u de
berichtcompilatiemodus, drukt u gedurende 1 seconde op de [F]
om de functiemodus te openen en drukt u vervolgens op de [1]
(Paste 1), [2] (Paste 2), [3] (Paste 3), [4] (Paste 4), [5] (Paste 5),
[6] (Paste 6), [7] (Paste 7) of [8] (Paste 8) toets om het bericht te
kopiëren dat is ingesteld voor iedere toets.
• Als de gebruikersberichten niet zijn ingesteld, kunnen deze niet
worden gebruikt.