Operation Manual

Table Of Contents
xvi
Voorzorgsmaatregelen bij de installatie
Omgeving
Overige voorzorgsmaatregelen
Ongunstige omgevingsomstandigheden kunnen van invloed zijn op de
veilige werking en de prestaties van de printer. Installeer de printer in een
ruimte met airconditioning (aanbevolen kamertemperatuur: circa 23 °C,
luchtvochtigheid: circa 60% RV), en vermijd de volgende locaties
wanneer u een plaats voor de printer kiest.
- Vermijd plaatsen bij een venster of direct in het zonlicht.
- Vermijd plaatsen met trillingen.
- Vermijd plaatsen met sterke temperatuurschommelingen.
- Vermijd plaatsen met directe blootstelling aan warme of koude lucht.
- Vermijd slecht geventileerde locaties.
Indien de vloer uit zacht materiaal is gemaakt, kan deze beschadigd zijn
door de wieltjes wanneer dit product wordt verplaatst na installatie.
VOORZICHTIG Plaats de printer niet op of in plaatsen die
niet stabiel of vlak zijn. De printer zou kunnen vallen op
dergelijke plaatsen. Dergelijke situaties leveren gevaar van
lichamelijk letsel of beschadiging van de printer op.
Plaats het apparaat niet op vochtige of stoffige/vuile locaties.
Reinig de stekker om gevaar van brand en elektrische
schokken te voorkomen, wanneer er stof en vuil op de
stekker zijn terechtgekomen.
Plaats het apparaat niet op locaties in de buurt van
radiatoren, kachels of andere warmtebronnen, of in de buurt
van ontvlambare voorwerpen; dit om het gevaar van brand
te voorkomen.
Laat ruimte vrij, zoals hieronder wordt aangegeven, om de
printer koel te houden en het vervangen van onderdelen en
onderhoud te vergemakkelijken. Laat met name rond de
zijklep voldoende ruimte vrij, zodat de lucht de printer
makkelijk kan verlaten.
Links: 400 mm Rechts: 250 mm Achter: 200 mm Voor: 600 mm
Boven: 400 mm