Operation Manual

Onderhoud
3-4
2
Stel de papierlengtegeleider op het geselecteerde
papierformaat in.
OPMERKING: Het papierformaat staat op de cassette
vermeld.
3
Stel de papierbreedtegeleider met het
instelmechanisme voor papierbreedte op het
geselecteerde papierformaat in.
OPMERKING: Het papierformaat staat op de cassette
vermeld.
Als u A4-/Letter-papier of kleiner plaatst, zet u de
aanvullende hendel van de papierlengtegeleider
omhoog (zie afbeelding).
4
Leg het papier tegen de linkerkant van de cassette
aan.
BELANGRIJK: Controleer of de papierlengte- en
papierbreedtegeleiders goed tegen het papier
aanzitten. Als er ruimte tussen de geleider en het
papier zit, stelt u de geleider opnieuw af. Anders
kunnen er papierstoringen optreden.
Leg geen gevouwen papier in de lade. Dit kan
papierstoringen veroorzaken.
Het papier mag niet boven de limiet van de lade
uitkomen. Dit kan papierstoringen veroorzaken.