Operation Manual

L0C0189m
Driepunts-veiligheidsgordel met rolautomaat
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
De veiligheidsgordel is uitgerust met twee sluitingen en twee gespen.
Voor het gebruik van de veiligheidsgordel moet u de gespen uit de
rolautomaat halen en de gordel voorzichtig en rustig uittrekken om te
voorkomen dat de gordelband draait. Druk vervolgens gesp G in sluiting L
die voorzien is van een zwarte knop M.
Om de gordel om te leggen, moet de gordel nog iets verder worden
uitgetrokken en gesp I in sluiting N worden gestoken.
Druk op knop O om de gordel los te maken. Begeleid de gordel tijdens
het teruglopen om te voorkomen dat de gordelband draait.
Vergroten van de bagageruimte: haak de sluiting met de zwarte knop
M los en begeleid de gordel tijdens het teruglopen om te voorkomen
dat de gordelband draait; plaats gesp G in opbergvak H in de
rolautomaat.
BELANGRIJK Als de zitplaatsen weer in de normale stand staan,
moet de gordel weer gebruiksklaar zijn (zoals hiervoor beschreven).
134
STARTEN EN
WEGRIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
ATTENTIE
Bedenk dat achterpassagiers die geen gordel dragen tijdens een ernstig ongeval,
niet alleen zelf aan gevaar worden blootgesteld maar ook gevaar opleveren voor
de inzittenden voor.
ATTENTIE
Druk niet op knop C tijdens het rijden.