Operation Manual

31
VEILIGHEID
STARTEN EN
WEGRIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
c
b
b
c
b
c
c
+
+
b
Zie “Startcontrole”
en “Toegang tot
menuscherm”
Met toets + of
kan worden in- of uitgeschakeld
ON/OFF.
De geselecteerde instelling knippert.
Terug naar menu-
scherm
Menuscherm
Terug naar vorig
scherm, bijv.:
Terug naar menu-
scherm
SNELHEIDSLIMIET (SNELH. LIM.)
Met deze functie kan de snelheidslimiet van de auto worden ingesteld. Als deze snelheid wordt overschreden,
klinkt er een akoestisch signaal, gaat het waarschuwingslampje è branden en verschijnt er een bericht op het
display (zie het hoofdstuk “Lampjes en berichten”). De snelheidslimiet kan als volgt worden ingesteld:
Met de toetsen + en/of kunt u de gewenste snelheid instellen.
Tijdens het instellen knippert de waarde op het display. De
waarde kan worden ingesteld tussen 30 en 250 km/h of tussen
20 en 155 mph, afhankelijk van de ingestelde eenheid (zie de
paragraaf “Eenheid afstand” hierna). Elke keer als u toets +/
indrukt (impuls), wordt de waarde een eenheid verhoogd of
verlaagd. Als u toets +/ingedrukt houdt, lopen de cijfers
automatisch snel door of terug. Als u dichtbij de juiste waarde
bent, laat u de toets los en stelt u de exacte waarde in door de
toets telkens in te drukken en los te laten.