Operation Manual

Knop voor snelle ontwaseming/ontdooiing van
de ruiten F
Als u deze knop indrukt, schakelt de klimaatrege-
ling automatisch alle functies in die noodzakelijk
zijn voor het snel ontdooien/ontwasemen van de
voorruit en de zijruiten voor. D.w.z. dat het sys-
teem:
de aircocompressor inschakelt wanneer de kli-
matologische omstandigheden dit toestaan;
de luchtrecirculatie, indien ingeschakeld, uit-
schakelt;
de maximale luchttemperatuur (HI) op beide
displays instelt;
een aanjagersnelheid inschakelt op basis van de
koelvloeistoftemperatuur, om toevoer van nog te
koude lucht voor de ontwaseming van de ruiten,
te beperken;
de luchtstroom naar de luchtroosters voor de
voorruit en de zijruiten voor leidt;
de achterruitverwarming inschakelt.
81
VEILIGHEID
STARTEN EN
WEGRIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
BELANGRIJK De functie voor snelle ontwase-
ming/ontdooiing van de ruiten blijft ongeveer 3
minuten ingeschakeld nadat de koelvloeistoftempe-
ratuur boven 50°C is gekomen (benzine-uitvoerin-
gen) of 35°C (JTD-uitvoeringen).
Als de functie voor maximale ontwaseming/ont-
dooiing is ingeschakeld, gaan het lampje op de
betreffende knop en het lampje op de knop van de
achterruitverwarming branden. Bovendien dooft op
het display het opschrift FULL AUTO.
Als de functie voor maximale ontwaseming/ont-
dooiing is ingeschakeld, kunnen alleen de aanjager-
snelheid en de uitschakeling van de achterruitver-
warming handmatig worden geregeld.
Als u op de knop voor maximale ontwaseming/ont-
dooiing drukt of op de recirculatieknop of op de
knop voor uitschakeling van de compressor of op
de knop AUTO, schakelt het systeem de functie
voor maximale ontwaseming/ontdooiing uit, en
worden de functies die hiervoor waren ingesteld
weer geactiveerd.